Inhoudsopgave
Advertenties
2.
Apparaatgegevens
Deze handleiding bevat belangrijke informatie over een veilige en
professionele montage, inbedrijfstelling en onderhoud van de ketel.
Deze instructies zijn bedoeld voor installateurs die door hun
professionaliteit en ervaring kennis hebben van het werken met
verwarmingsinstallaties.
2.1
Typologie
Deze instructies hebben betrekking op het volgende soort apparaat:
eCompact Plus
2.1.1
Verklaring over naleving
Wij verklaren hierbij dat apparaten zijn getest in overeenstemming
met de volgende richtlijnen:
2014/35/EU
en
2014/30/EU
(richtlijn elektromagnetische compatibiliteit, EMC).
2.1.2
Regelmatige toepassing
De boiler kan alleen worden gebruikt voor het verwarmen van water
voor het verwarmingssysteem en voor indirect gebruik van warm
water. Om correct gebruik te garanderen, is het verplicht om de
instructies voor het gebruik, de gegevens op het fabrieksplaatje en de
technische gegevens in acht te nemen.
2.2
Instructies voor montage
Gebruik alleen originele reserveonderdelen van de fabrikant
of door de fabrikant goedgekeurde reserve-onderdelen.
Er is geen aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door
reserveonderdelen die niet door de fabrikant zijn geleverd.
Houd u bij het monteren van verwarmingsinstallaties aan de
volgende instructies:
•
Geldige regelgeving in de bouwsector
•
Regelgeving en normen inzake veiligheidstechnische uitrusting
van verwarmingsinstallaties
•
Wijzigingen op de montageplaats volgens geldige regelgeving of
voorschriften
2.3
Instructies voor werk
Volg bij het werken met een verwarmingsinstallatie de volgende
instructies:
•
De ketel moet werken in het werkbereik tot de maximale
temperatuur van 80 °C en een minimale druk van 0,7 bar tot een
maximale druk van 2,6 bar, die regelmatig moet worden
gecontroleerd
• De ketel mag uitsluitend worden bediend door volwassenen die
bekend zijn met de instructies en werking van de ketel
• Sluit de veiligheidsklep niet
• Er mogen geen ontvlambare voorwerpen op het keteloppervlak of
dichtbij (binnen veiligheidsafstand) worden geplaatst
• Keteloppervlak alleen reinigen met niet-ontvlambare producten
• Ontvlambare stoffen verwijderen uit de ketelruimte tijdens de
installatie (bijv. aardolie, olie, oplosmiddelen, enz.)
• Tijdens de werkzaamheden mag geen enkel deksel geopend zijn
• Houd een veilige afstand in overeenstemming met de
regelgeving
6 ÷ 27 kW
(laagspanningsrichtlijn, LVD)
vorstremmers en antivriesproducten
2.4
Het is niet toegestaan om beschermende producten tegen vorst te
gebruiken, noch remmers. Als het niet mogelijk is om antivries
bescherming te vermijden, moeten antivriesproducten worden
gebruikt die zijn toegestaan voor verwarmingsinstallaties.
Antivriesproducten:
Verkorten de levensduur van de ketel en zijn onderdelen
Verminderen de warmte overdracht
2.5
Normen, voorschriften en standaarden
Dit product voldoet aan de volgende regelgeving:
• EN 50110-1:2013 – Bediening van elektrische installaties
- Deel 1: Algemene vereisten
• EN 55014-1:2017; EN 55014-2:2015 – Elektromagnetische
compatibiliteit - Eisen voor huishoudelijke apparaten, elektrisch
gereedschap en soortgelijke apparaten - Deel 1: Emissie - Deel 2:
Immuniteit - Productfamilie standaard
• EN 60335-1:2016 Huishoudelijke en soortgelijke elektrische
apparaten apparaten - Veiligheid - Deel 1: Algemene eisen
• EN 61000-3-2:2019 Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)
- Deel 3-2: Grenzen - Grenzen voor harmonische stroomemissies
• EN 61000-3-3:2014/A1:2020 Elektromagnetische compatibiliteit (EMC)
- Deel 3-3: Limieten - Beperking van spanningsveranderingen,
spanningsschommelingen en flikkering in openbare laagspanning
voedingssystemen
2.6
Gereedschappen, materialen en hulpmaatregelen
Voor montage en onderhoud van de ketel zijn standaard
gereedschappen voor verwarmingsinstallaties, watervoorziening en
elektrische installaties nodig.
Apparaatgegevens
Advertenties
Inhoudsopgave
