Instructie voor projecteren
Storingen, oorzaken en oplossingen
Het oplossen van problemen mag alleen worden uitgevoerd door een
gekwalificeerde specialist en werkzaamheden aan de elektrische
aansluiting mogen alleen worden uitgevoerd door een gekwalificeerde
elektricien.
Storingen
Oorzaken
Elektrische zekering
De pomp draait niet,
defect
ook al is de
Pomp krijgt
stroom ingeschakeld
geen stroom
Luchtbellen door
Lawaaierige pomp
onvoldoende
zuigkracht
Het thermisch vermogen
Gebouw
van de radiatoren is
warmt niet op
te laag
Foutsignalen
• De foutsignaal-LED geeft een fout aan.
• De pomp schakelt uit (afhankelijk van de fout) en probeert een
cyclische herstart uit te voeren.
LED
Storingen
Blokkeren
Brandt rood
Contact maken/
wikkelen
Onder-/overspanning
Knippert
Te hoge
rood
moduletemperatuur
Kortsluiting
Generator werking
Oefening
Knippert
rood/
groen
Overbelasten
Fabrieksinstelling activeren
De fabrieksinstelling wordt geactiveerd door de bedieningsknop
ingedrukt te houden terwijl de pomp wordt uitgeschakeld.
• Houd de bedieningsknop minimaal 4 seconden ingedrukt.
• Alle LED's knipperen gedurende 1 seconde.
• De LED's voor de laatste instelling knipperen gedurende 1 seconde.
Ontmanteling
Het uitschakelen van de pomp
Schakel de pomp onmiddellijk uit als de aansluitkabel of andere
elektrische componenten beschadigd zijn.
• Koppel de pomp los van de stroomvoorziening.
• Neem contact op met een servicemonteur
Remedie
Controleer zekeringen
Verhelp de
stroomonderbreking
Verhoog de systeemdruk
binnen het toegestane bereik
Controleer de afleverkop
en stel deze indien nodig
op een lagere kop in
Instelpunt verhogen
Wijzig de regelmodus
van Δp-c naar Δp-v
Oorzaken
Remedie
Rotor geblokkeerd
Activeer
handmatige
herstart
of neem contact
Wikkeling defect
op met de
klantenservice
Voeding te laag/hoog
Controleer de
aan netzijde
netspanning en
het functioneren.
Module-interieur
Neem contact op
te warm
met
klantenservice
Motorstroom te hoog
Er stroomt water door
de hydrauliek van de
pomp, maar er is geen
netspanning op de pomp.
Controleer de
netspanning,
Lucht in de pomp
watervolume /
Trage motor, pomp
waterdruk
werkt buiten de
veiligheid en de
specificaties (bijv. hoge
omgevings-
moduletemperatuur).
omstandigheden
De snelheid is lager dan
tijdens normale werking.
Onderhoud
Schoonmaak
• Verwijder regelmatig voorzichtig het vuil van de pomp met een droge
stofdoek.
• Gebruik nooit vloeistoffen of agressieve schoonmaakmiddelen.
Handmatige herstart
• De pomp probeert automatisch opnieuw te
starten, wanneer een verstopping wordt
gedetecteerd.
Als de pomp niet automatisch opnieuw opstart:
• Activeer de handmatige herstart via de
bedieningsknop: houd vervolgens
5 seconden ingedrukt en laat los.
• De herstart functie wordt gestart en duurt
max. 10 minuten.
• De LED's knipperen achtereenvolgens
met de klok mee.
• Om te annuleren, houdt u de bedieningsknop
5 seconden ingedrukt.
Als de storing niet kan worden verholpen, neem dan
contact op met een erkend servicecentrum.
KENNISGEVING
Na de herstart toont het LED-display de eerder
ingestelde waarden van de pomp.
Ontluchten
• Vul en ontlucht het systeem op de juiste
manier. Als de pomp niet automatisch
ontlucht:
• Activeer de pompontluchtingsfunctie via de
bedieningsknop: houd deze 3 seconden
ingedrukt en laat dan los.
De pompontluchtingsfunctie wordt gestart en
duurt 10 minuten.
De bovenste en onderste LED-rij knipperen
beurtelings met intervallen van 1 seconde.
• Om te annuleren, houdt u de
bedieningsknop gedurende 3 seconden
ingedrukt.
KENNISGEVING
Na het ontluchten toont het LED-display de eerder
ingestelde waarden van de pomp.
Vergrendel/ ontgrendel de knop
• Om de toetsen blokkering te activeren, houdt
u de bedieningsknop 8 seconden ingedrukt
totdat de LED's voor de geselecteerde
instelling kort knipperen en laat u vervolgens los.
- LED's knipperen constant met tussenpozen
van 1 seconde.
- De toetsenblokkering is geactiveerd:
de pompinstellingen kunnen niet meer
worden gewijzigd.
• De toetsenblokkering wordt op dezelfde
manier gedeactiveerd als geactiveerd.
KENNISGEVING
Alle instellingen/displays blijven behouden als de
stroomvoorziening wordt onderbroken.