Inhoudsopgave
Advertenties
MONTAGE EN VERANKERING
6.5
Verankering van de mast
Maak bij een werkonderbreking
altijd de laatste handeling af. Haal
alle bouten van de laatste
bevestigingen aan en sluit de
hoofdschakelaar af, zodat niemand
de hefsteiger in werking kan zetten.
Voordat er met de verankering
wordt begonnen, moet
gecontroleerd worden of de
onderwagen waterpas staat.
De muur moet van een dusdanige
kwaliteit zijn dat deze de
optredende ankerkrachten kan
opnemen.
De platformverbredingen en de
verankeringen mogen elkaar
tijdens het stijgen en dalen niet
raken.
Tijdens het monteren van een
mastelement moet de
noodstopknop worden bediend.
De optredende ankerkrachten
moeten worden goedgekeurd door
de eigenaar/verantwoordelijke van
het gebouw waarin verankerd moet
worden.
1.
Controleer met een waterpas van
minimaal 1 meter of de mast goed
waterpas staat.
2.
De mast moet aan het gebouw
verankerd worden met een
ankerafstand zoals die in hoofdstuk 1 is
aangegeven.
3.
De verankering is samengesteld uit
horizontale ankerbuizen met een
spaninrichting, mastkoppelingen en
een muurplaat.
6-10
MS 3000 / 9095-061A
Advertenties
Inhoudsopgave
