2 Druk kort op de bedradingscontroleschakelaar (SW3) op de
service-printplaat van de buitenunit.
Resultaat: De service-monitor-leds geven aan of een correctie
al of niet mogelijk is. Voor meer informatie over de interpretatie
van de led's verwijzen we u naar de servicehandleiding.
Resultaat:
Bedradingsfouten
gecorrigeerd. Als automatische correctie niet mogelijk is, controleert
u de bedrading en de leidingen van de binnenunit op de gewone
manier.
INFORMATIE
▪ Het aantal weergegeven leds hangt af van het aantal
kamers.
▪ De
bedradingscontrole
buitentemperatuur van ≤5°C en een watertemperatuur
in de warmtapwatertank van ≥20°C.
▪ Wanneer de bedradingscontrole is voltooid, blijven de
leds branden tot de gewone werking begint.
▪ Volg de procedures voor diagnose van het product.
Voor meer informatie over de storingsdiagnose van het
product, zie de servicehandleiding.
Status van leds:
▪ Alle leds knipperen: automatische correctie is NIET mogelijk.
▪ Leds knipperen afwisselend: automatische correctie is voltooid.
▪ Eén of meerdere leds blijven branden: abnormale stop (volg de
diagnoseprocedures op de achterkant van de rechter zijplaat en
raadpleeg de servicehandleiding).
11.3.2
Proefdraaien
INFORMATIE
Voor de testprocedure van de warmtapwatertank, zie de
montagehandleiding van de warmtapwatertank.
INFORMATIE
Als er zich tijdens de inbedrijfstelling een storing voordoet,
zie de servicehandleiding voor de gedetailleerde richtlijnen
voor het opsporen en oplossen van problemen.
Vereiste: De gegevens van de voeding MOETEN binnen het
opgegeven bereik vallen.
Vereiste: Proefdraaien is mogelijk in de stand koelen of verwarmen.
Vereiste: Proefdraaien moet worden uitgevoerd volgens de
instructies in de gebruiksaanwijzing van de binnenunit om te
controleren of alle functies en onderdelen goed werken.
1 In de koelstand, selecteer de laagst programmeerbare
temperatuur. In de verwarmingsstand, selecteer de hoogst
programmeerbare temperatuur.
2 Meet de temperatuur aan de inlaat en uitlaat van de binnenunit
nadat de unit een 20-tal minuten draait. Het verschil moet groter
dan 8°C (koelen) of 20°C (verwarmen) zijn.
3 Controleer eerst de werking van elke unit afzonderlijk, en
vervolgens ook de gelijktijdige werking van alle binnenunits.
Controleer zowel verwarmen als koelen.
4 Stel de temperatuur op een normaal niveau in wanneer het
proefdraaien beëindigd is. In de koelstand: 26~28°C, in de
verwarmingsstand: 20~24°C.
4MWXM-A9
R32 Split-reeks
3P600450-7V – 2022.09
worden
na
15-20
minuten
werkt
NIET
bij
een
12 Als afval verwijderen
INFORMATIE
▪ Indien nodig kan proefdraaien worden gedeactiveerd.
▪ Nadat de unit is uitgeschakeld, kan ze pas na 3
minuten weer worden gestart.
▪ Wanneer het proefdraaien in de verwarmingsstand
meteen na het activeren van de veiligheidsonderbreker
wordt begonnen, wordt in sommige gevallen ongeveer
15 minuten geen lucht uitgeblazen om de unit te
beschermen.
▪ Tijdens het koelen kan er zich ijs vormen op de
gasafsluiter of op andere onderdelen. Dit is normaal.
INFORMATIE
▪ De unit verbruikt ook nog stroom wanneer ze
uitgeschakeld is.
▪ Wanneer
de
stroom
stroompanne, werkt de unit verder in de eerder
geselecteerde stand.
11.4
De buitenunit starten
Zie de installatiehandleiding van de binnenunit voor meer informatie
over de configuratie en inbedrijfstelling van het systeem.
12
Als afval verwijderen
OPMERKING
Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het
ontmantelen van het systeem en het behandelen van het
koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN
conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en
terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf
worden behandeld.
INFORMATIE
Om het milieu te beschermen moet u de unit automatisch
laten afpompen voordat u de unit verplaatst of ontmantelt.
Voor
de
procedure
servicehandleiding of de uitgebreide handleiding voor de
installateur.
13
Technische gegevens
▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar
op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk).
▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op
het Daikin Business Portal (authenticatie vereist).
13.1
Bedradingsschema
Het bedradingsschema is bij de unit geleverd en bevindt zich
op de binnenkant van de buitenunit (onderkant van de bovenste
plaat).
13.1.1
Legende eengemaakt bedradingsschema
Voor
gebruikte
onderdelen
bedradingsschema op de unit. De onderdelen zijn genummerd met
Arabische cijfers in oplopende volgorde en wordt in het overzicht
hieronder aangegeven door "*" in de onderdeelcode.
wordt
hersteld
na
een
van
het
afpompen,
zie
de
en
nummering,
zie
het
Montagehandleiding
17