Epson Stylus Pro 4900/4910
Op de printer
Knoppen die worden gebruikt voor de volgende
instellingen
A
Druk op de knop [ wanneer de printer
gebruiksklaar is, wanneer er geen papier is
geladen of wanneer het afdrukken is gepauzeerd.
Het Inktmenu wordt weergegeven.
B
Druk op de knoppen d/u om het type reiniging
te selecteren en druk vervolgens op de knop
Z.
C
U kunt een reiniging uitvoeren door te drukken
op de knop Z wanneer Autom. Schoonmaken
is geselecteerd.
Als u Handmatig Schoonmaken hebt
geselecteerd, selecteer dan de printkop (kleur)
die u wilt reinigen en druk op de knop Z.
Bij Handmatig Schoonmaken moet u ook
aangeven of u normaal of extra sterk wilt
schoonmaken. De reiniging wordt gestart zodra
u uw keuze hebt gemaakt.
Het lampje P begint te knipperen en het reinigen
van de printkop wordt gestart (duurt ongeveer
één tot tien minuten). Wanneer Autom. Contr.
Sp.Kan op Aan staat in het menu, kan dit tien
minuten of langer duren. Het reinigen is voltooid
wanneer het lampje P blijf branden.
D
Druk een spuitkanaaltjespatroon af en
controleer het resultaat.
"Spuikanaaltjescontr" op pagina 121
U
Gebruikershandleiding
Onderhoud
124
Verkeerde uitlijning van de
printkop corrigeren (Printkop
uitlijnen)
Omdat er een kleine afstand bestaat tussen de printkop
en het papier, kan onjuiste uitlijning optreden als gevolg
van de vochtigheidsgraad of de temperatuur of door de
beweging van de printkop, al dan niet bidirectioneel.
Hierdoor kunnen afdrukken er korrelig of onscherp
uitzien. Gebruik wanneer dit gebeurt de functie
Printkop Uitlijnen om de printkop opnieuw uit te
lijnen.
Een Printkop Uitlijnen kan worden uitgevoerd vanaf de
computer en op de printer zelf, maar de procedure
verschilt. Dit wordt hieronder uitgelegd.
❏ Op de printer
U kunt een automatische of handmatige uitlijning
uitvoeren na opgave van het aantal afgedrukte
kleuren en of bi- of unidirectioneel moet worden
afgedrukt.
Bij een automatische uitlijning leest de sensor het
uitlijningspatroon tijdens het afdrukken en wordt
automatisch de optimale aanpassingswaarde
vastgelegd in de printer.
Bij een handmatig uitlijning controleert u het
patroon zelf en voert u zelf de optimale waarde in
voor uitlijning.
Er zijn vier typen patronen.
Uni-D
: Hiermee worden alle inktkleuren
met uitzondering van cyaan ge‐
bruikt om de printkop unidirectio‐
neel uit te lijnen ten opzichte van
cyaan.
Bi-D 5-Color : Hiermee worden levendig magenta,
zwart, oranje, lichtgrijs en licht‐
cyaan gebruikt om de printkop bi‐
directioneel uit te lijnen.
Voor zwart wordt matzwart of fo‐
tozwart gebruikt, afhankelijk van
het type zwart dat in de printer is
geselecteerd.