6
|
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
6.3.2 Een indirecte extra warmtebron in/opstellen voor warm tapwater en ruimteverwarming
Uitgebreide handleiding voor de installateur
54
Auto Automatisch
Boiler Ketel
OPMERKING
▪
Zorg ervoor dat het hulpcontact voldoende differentiaal of tijdsvertraging heeft,
zodat er niet veelvuldig tussen de binnenunit en de extra ketel omgeschakeld
wordt.
▪
Als het hulpcontact een buitentemperatuurthermostaat is, moet de thermostaat
in de schaduw geplaatst worden, zodat hij niet door de zon beïnvloed of AAN/
UITgeschakeld wordt.
▪
Veelvuldig omschakelen kan corrosie van de extra ketel veroorzaken. Voor meer
informatie, neem contact op met de fabrikant van de extra ketel.
Instelpunt van de extra gasboiler
Om bevriezing van de waterleidingen te voorkomen, moet de extra gasboiler een
vast instelpunt ≥55°C, of een weersafhankelijk instelpunt ≥T
T
(°C)
min
60
50
40
30
20
10
0
–30
–25
–20
T
Buitentemperatuur
a
T
Minimaal weersafhankelijk instelpunt voor extra gasboiler
min
De extra ketel (ter plaatse te voorzien) is aangesloten op de opslagtank en wordt
bediend door het AAN/UIT-signaal op de binnenunit. Hij kan het warm tapwater
opwarmen en, indien de gebruiker het toestaat, ruimteverwarming via
ondersteuning van de tankverwarming. Of de warmtepomp of de extra ketel werkt,
hangt af van de buitentemperatuur en de temperatuur van de opslagtank.
Opstelling
1 Integreer de extra ketel als volgt:
–15
–10
–5
B
A
c
d
e
d
. hebben.
min
0
5
T
(°C)
a
a
b
ERLA11~16D + EBSH/X(B)11+16P30+50D
Daikin Altherma 3 R ECH₂O
4P663482-1C – 2023.05