Als u wilt spreken via het apparaat:
•
Houd u het apparaat rechtop zoals u bij een normale telefoon
zou doen.
•
Spreek rechtstreeks in de microfoon.
•
Vermijd aanraking met de interne antenne van het apparaat.
Als u de antenne aanraakt, kan de gesprekskwaliteit van de
oproep minder worden of kan het apparaat meer radiofrequentie
uitzenden dan nodig.
•
Houd het apparaat ontspannen vast, druk licht op de toetsen,
gebruik speciale functies waardoor u op minder toetsen hoeft
te drukken (zoals standaardberichten en voorspellende tekst) en
neem regelmatig pauze.
Bescherm uw gehoor
Wees voorzichtig als u het apparaat gebruikt tijdens het
wandelen of wanneer u zich verplaatst
Wees u altijd bewust van uw omgeving om letsel voor uzelf of anderen te
vermijden.
Draag het apparaat niet in een achterzak of om uw middel
Als u valt, kunt u gewond raken of het apparaat beschadigen.
•
Overmatige blootstelling aan harde geluiden kan
leiden tot gehoorbeschadiging.
•
Blootstelling aan harde geluiden onder het
rijden, kan de aandacht afleiden en een ongeval
veroorzaken.
•
Zet het geluidsvolume altijd laag voordat u de
oortelefoon in de geluidsbron steekt. Gebruik
alleen het minimale geluidsniveau dat nodig is
om uw gesprek of muziek te kunnen horen.
23