Hoofdstuk 6: ELEKTRISCHE AANSLUITING (volgens NEN 1010)
De elektrische aansluiting dient door een erkend installateur te geschieden overeenkomstig de eisen van
het plaatselijk energiebedrijf.
De werkzaamheden omvatten:
a.
Het toestel moet worden aangesloten op een elektrische voeding van 230 V.~ 50 Hz met aardlei-
ding.De aansluiting kan zijn een dubbelpolige werkschakelaar met contactopening van tenminste 3
mm en aardcontact of een wandcontactdoos met randaarde. Bij toepassing van een wandcontact-
doos dient deze te allentijde bereikbaar te zijn.
Aanbevolen wordt deze voeding aan te sluiten op een aparte eindgroep afgezekerd met 16 Amp.
De voedingskabel naar het toestel moet worden aangesloten op de kroonstrip in schakelkastje.
De elektrische installatie dient te voldoen aan NEN 1010 en aan de eisen van het plaatselijke
energiebedrijf.
Men dient gebruik te maken van een wartel PG-11 bij de doorvoer van de voedingskabel in het
toestel, zodat deze trek ontlast is.
b.
Een zwakstroomverbinding (24 V) naar de ruimtethermostaat, 2- of 4-aderig, koperdoorsnede
2
minimaal 0,8 mm
(4-aderig alleen bij toestellen met comfortregeling).
Monteren ruimtethermostaat
De luchtverwarmer wordt geleverd met een 2-draads ruimtethermostaat bij een toestel met een hoog/uit
regeling of een 4-draads ruimtethermostaat bij een toestel met comfortregeling.
Er zijn 2 verschillende typen 4-draads ruimtethermostaat mogelijk; uiterlijk zijn deze verschillend maar
aansluittechnisch zijn ze gelijk
Voor het aansluiten van de ruimtethermostaat zie de bedradingsschema's.
Neem bij het plaatsen van de ruimtethermostaat de volgende punten in acht:
- Plaats de ruimtethermostaat waterpas.
- Ongeveer 1,65 meter boven de vloer.
- Goed bereikbaar voor de normale luchtcirculatie in het vertrek.
- Niet tegen de buitenmuur.
- Niet blootstellen aan invloeden van:
Na plaatsing dient de ruimtethermostaat te worden gecontroleerd en afgesteld, te weten:
a.
Juiste aanwijzing ruimtethermostaat (indien van toepassing).
b.
Juist inschakelpunt kwikschakelaar t.o.v. thermometeraanwijzing (indien van toepassing).
c.
Instellen anticipatieweerstand op juiste waarde, te weten 0,2 A (geldt alleen voor 2-draads ruimte-
thermostaat) daar de 4-draads ruimtethermostaat is uitgevoerd met een vaste anticipatieweerstand).
Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
a. Vensters
b. Tocht van buitendeuren
c. Warme luchtroosters
d. Elektrische apparaten, die veel warmte ontwikkelen
Installatievoorschrift N-serie juli 2000
Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.