Probleem
Onregelmatige, sputterende werking. Onvoldoende materiaalaanvoer.
Strepen in het spuitpatroon.
Onregelmatig patroon.
Het patroon wordt naar één kant
gedrukt; dezelfde zijde van de kap
wordt vuil.
Materiaalaanslag op de luchtkap.
311147J
Oorzaak
Lucht in materiaalleiding.
Probeer het pistool te "veren"
(reinigen door de trekker slechts
deels in te drukken).
De spuittip is deels verstopt.
Aangekoekt materiaal op de spuittip
of deels verstopte spuittip.
Aan de defecte zijde van het patroon
zijn de luchthoorngaten deels of
geheel verstopt.
De luchthoorngaten deels of geheel
verstopt.
De instelling van de luchtdruk is te
hoog.
Storingen opsporen en verhelpen
Oplossing
Stel de materiaalregelaar bij of vul de
materiaaltank.
Controleer de aansluitingen van de aanzuigslang
van de pomp en draai ze vast; ontlucht de
materiaalleiding.
Met een AA-pistool is "veren" niet mogelijk.
Veren zorgt voor een sterke drukvermindering bij
de spuittip, hetgeen slechte verneveling en/of
sputteren veroorzaakt.
Reinig de spuittip of vervang hem. Zie blz. 14.
Reinig de spuittip of vervang hem. Zie blz. 14.
Reinig de luchthoorngaten met een oplosmiddel
en een zachte borstel. Zie blz. 14.
Reinig de luchthoorngaten met een oplosmiddel
en een zachte borstel of een tandenstoker.
Zie blz. 14.
Verlaag de inlaatluchtdruk. Een luchtdruk van
zeven tot 10 psi (4,9 tot 7.0 kPa, 0,49 tot 0,7 bar)
wordt aanbevolen bij het indrukken van de trekker.
19