3. Het product in bedrijf nemen
3.1 Verbinding maken met Grundfos GO Remote
Voordat het product wordt verbonden met Grundfos GO Remote,
moet de Grundfos Go Remote-app worden gedownload naar uw
smartphone of tablet. De app wordt gratis aangeboden en is
beschikbaar voor iOS- en Android-apparaten.
1. Open Grundfos GO Remote op uw apparaat. Controleer of
Bluetooth is ingeschakeld.
Uw apparaat moet zich binnen het bereik van het product
bevinden om een Bluetooth-verbinding tot stand te kunnen
brengen.
2. Druk op de Bluetooth VERBINDEN-toets op Grundfos GO
Remote.
3. Druk op de verbindingstoets op het bedieningspaneel. De
blauwe LED boven de verbindingstoets knippert totdat uw
apparaat verbonden is. Zodra de verbinding tot stand is
gebracht, brandt de LED permanent.
Grundfos GO Remote laadt nu de data voor het product.
Gerelateerde informatie
3.4 Bluetooth inschakelen op het bedieningspaneel
3.5 Bluetooth uitschakelen op het bedieningspaneel
3.2 Opstartwizard op Grundfos GO Remote
Het product is ontworpen voor Bluetooth-communicatie met
Grundfos GO Remote.
Nadat u uw product hebt verbonden met Grundfos GO Remote,
wordt een opstartwizard weergegeven. Volg de instructies om uw
instellingen uit te voeren.
Grundfos GO Remote maakt instelling van functies mogelijk en
geeft u toegang tot statusoverzichten, technische productinformatie
en actuele bedrijfsparameters.
3.3 Opstartwizard op het bedieningspaneel
Wanneer de regelaar voor het eerst wordt ingeschakeld, leidt een
opstartwizard u door de basisinstellingen. U kunt het sensortype en
de sensorniveaus selecteren. Voor sommige producten kunt u
tevens de nominale pompstroom en het aantal fasen instellen.
Als u een analoge sensor hebt, selecteert u S-1 en stelt u de
hoogte van de verschillende niveaus in, van drooglopen tot hoog
niveau.
Als u een digitale sensor hebt, selecteert u S-2 en schakelt u het
droogloopniveau, het inschakelniveau voor pomp 2, indien
beschikbaar, en het hoge niveau in of uit.
Als u instellingen wilt wijzigen, gebruikt u de toetsen Omhoog en
Omlaag op het bedieningspaneel.
Gebruik de toets OK om elke instelling te bevestigen en naar de
volgende instelling te navigeren.
Voer vultoepassingen moet u Grundfos GO Remote gebruiken.
Eenheden kunnen alleen worden gewijzigd met Grundfos GO
Remote.
Aanduiding
Beschrijving
S-1
Analoge sensor
S-2
Digitale sensor
Gerelateerde informatie
6.1 Instelling van het toepassingstype met Grundfos GO Remote
6.23 De opstartwizard starten met het bedieningspaneel
3.4 Bluetooth inschakelen op het bedieningspaneel
Als het Bluetooth-signaal op het bedieningspaneel om welke reden
dan ook is uigeschakeld, kunt u geen verbinding maken met
Grundfos GO Remote. U moet eerst Bluetooth inschakelen.
1. Druk op de verbindingstoets op het bedieningspaneel en houd
deze 15 seconden ingedrukt. Wacht tot de blauwe LED oplicht.
2. Druk op de Bluetooth VERBINDEN-toets op Grundfos GO
Remote.
3. Druk op de verbindingstoets op het bedieningspaneel. De
blauwe LED boven de verbindingstoets knippert blauw totdat uw
apparaat verbonden is
Grundfos GO Remote laadt nu de data voor het product.
Gerelateerde informatie
3.1 Verbinding maken met Grundfos GO Remote
3.5 Bluetooth uitschakelen op het bedieningspaneel
In sommige installatiegebieden is het niet toegestaan een actief
Bluetooth-signaal te hebben tijdens het bedrijf. Na de installatie
moet het Bluetooth-signaal handmatig worden uitgeschakeld.
1. Druk op de verbindingstoets op het bedieningspaneel en houd
deze 15 seconden ingedrukt. Wacht tot de blauwe LED wordt
uitgeschakeld.
Grundfos GO Remote is niet meer verbonden met het product.
Gerelateerde informatie
3.1 Verbinding maken met Grundfos GO Remote
3.6 De IO-klemmen configureren via Grundfos GO
Remote
De regelaar is uitgerust met configureerbare ingangs- en
uitgangsklemmen. Via Grundfos GO Remote kunt u de klemmen
configureren voor verschillende functies, afhankelijk van het
apparaat dat is aangesloten op de klemmen.
1. Ga naar Instellingen > IO 242.
2. Selecteer de klem die u wilt configureren en volg de instructies
op het scherm.
U kunt de namen van de klemmen binnen in de
regelaar vinden.
Gerelateerde informatie
2.3.4 Een niveausensor aansluiten
8.7 Code 25 (Onjuiste configuratie)
8.17 Code 191 (Hoog waterniveau)
8.18 Code 205 (Inconsistentie in niveauschakelaars)
9.1 Elektrische gegevens
3.7 Het product testen
Als u alle elektrische installaties hebt uitgevoerd en de
opstartwizard hebt voltooid, kunt u het systeem testen.
Voor toepassingen voor leegmaken:
•
Vul de put met water en controleer of de pomp automatisch
wordt gestart op het gedefinieerde niveau.
•
Test de droogloopfunctie door de pomp handmatig te starten en
wacht totdat de put leeg is gemaakt met de pomp. Controleer of
de regelaar een alarm afgeeft en de pomp uitschakelt wanneer
het gedefinieerde niveau is bereikt.
•
Test de functie voor hoog niveau door de pomp handmatig uit te
schakelen en door te gaan met het met water vullen van de put.
Controleer of de regelaar een alarm afgeeft wanneer het
gedefinieerde niveau is bereikt. Stel de pomp in op Auto en kijk
of de pomp wordt in- en uitgeschakeld als het uitschakelniveau
is bereikt.
Voor toepassingen voor vullen:
•
Start door de te vullen tank leeg te maken. Als de tank leeg is
en het inschakelniveau is bereikt, moet de pomp worden
ingeschakeld. Als de tank vol is en het uitschakelniveau wordt
bereikt, moet de pomp worden uitgeschakeld.
•
Test de functie voor hoog niveau door de pomp handmatig uit te
schakelen en door te gaan met het met water vullen van de tank
zonder de pomp. Controleer of de regelaar een alarm afgeeft
wanneer het gedefinieerde niveau is bereikt.
•
Test de droogloopfunctie door de pomp handmatig te starten en
wacht totdat de tank leeg is gemaakt met de pomp. Controleer
of de regelaar een alarm afgeeft en de pomp uitschakelt
wanneer het gedefinieerde niveau is bereikt. Als de pomp in een
put is geplaatst, is deze test wellicht niet mogelijk omdat de
pomp de put niet kan leegpompen. U kunt ook de
317