5.4.1.
Elektrische aansluitingen
3
1
4
i
Het verwijderen van de bruggen op J1, J2 en J3 veroorzaakt een betere reactie van de sondes bij een geringere watergeleiding.
Gevaar:
De voedingsspanning moet geregeld zijn via een veiligheidstransformator, overeenkomstig de eisen conform IEC 601-1 / VDE 0750
Deel 1 / DIN EN 60601-1 en IEC 60742 + A1 / DIN EN 60742.
Gevaar:
Zekeringen mogen alleen door hetzelfde type worden vervangen!
1
Hoofdprintplaat
2
Diagnoseprintplaat
2
3
Module 2
4
Module 3
5
Externe aanduiding
6
Afl egschakelaar en zuigmachine-scheidingsrelais
6
SV1
Stekker voor centrifuge-inloopsonde
SV2
Stekker voor centrifugemotor
SV3
Stekker voor stroomvoorziening (24 V AC)
SV4
Stekker voor externe aanduiding
SV5
Verbinding met diagnoseprintplaat (stroomvoorziening voor motor en magneetklep in
module 2)
SV6
Verbinding met diagnoseprintplaat (sondes in module 2)
5
SV7
Stekker voor afl egsignaal (12 - 24 V AC of DC)
F1
Hoofdzekering MULTI SYSTEM TYP250/T 3, 15 A/UN 250 V/ ICN 35 A
F2
Zekering MST250/T 1,6 A/UN 250 V/ ICN 35 A voor pompmotor in module 2
Voorbereiding voor het gebruik
|
NL
17