4.6.3 Zijdelen afnemen en opzetten
Afb. 4.6 Demontage zijdelen
• Klap het bedieningsveld naar voren naar onderen.
• Demonteer de draagkabel aan het bedieningsveld.
• Draai telkens twee schroeven ter bevestiging van de
zijdelen uit.
• Klap de zijdelen via de vergrendeling een beetje opzij
en trek ze naar voren toe af.
• Monteer de zijdelen na het beëindigen van de mon-
tage- en onderhoudswerkzaamheden opnieuw in de
omgekeerde volgorde.
Aanwijzing!
Let er bij de hermontage op dat de zijdelen in
alle houders zitten.
4.6.4 Bevestigingsrail monteren
Om het toestel aan de muur op te hangen, dient de bij-
geleverde bevestigingsrail waarin de gasdoorstroomgei-
ser gehangen wordt. Om de montage te vergemakkelij-
ken is een montagesjabloon bij het toestel geleverd.
• Leg de plaats van opstelling vast, zie paragraaf 4.2
Vereisten aan de plaats van opstelling.
• Boor de gaten voor de bevestigingsschroeven conform
de maatgegevens van de afbeelding in het hoofdstuk
4.3 Afmetingen.
• Schroef de bevestigingsrail met het geschikte bevesti-
gingsmateriaal vast aan de muur.
4.6.5 Gasdoorstroomgeiser inhangen
• Positioneer de gasdoorstroomgeiser boven de bevesti-
gingsrail.
Installatiehandleiding turboMAG 14-2/0 en 17-2/0
5 Installatie
Gevaar!
Vergiftigings- en explosiegevaar, verbrandings-
gevaar.
Let er bij de installatie van de aansluitingen op
dat alle afdichtingen correct geplaatst worden,
zodat lekken aan gas- en waterinrichting uitge-
sloten worden.
1
6
2
Afb. 5.1 Aansluitstukken
Legende
1
Afdichting
2 Flexibele aansluitslang (warm en koud water)
3 Waterfilter koud water
4 Waterhoeveelheidsbegrenzer koud water
5 Wandaansluitstuk koud water met afsluitventiel
6 Wandaansluitstuk warm water
5.1
Aansluiting aan de gastoevoer
• Zorg voor de spanningvrije en gasdichte verbinding
tussen wandaansluiting en toestelaansluiting met
behulp van een gasafsluitkraan.
• Controleer het toestel op ondichtheden en dicht ze
evt. af.
5.2
Aansluiting aan watertoevoer
• Zorg voor de spanningvrije koud- en warmwateraan-
sluitingen.
• Plaats de waterfilter (3) en de waterhoeveelheidsbe-
grenzer (4) conform afb. 5.1 in de flexibele aansluit-
slang (2).
• Draai de wartelmoeren van de flexibele aansluitslan-
gen op de wateraansluitingen (koud en warm) van het
toestel.
• Controleer het toestel op ondichtheden en dicht ze
evt. af.
Montage 4
Installatie 5
4
5
3
1
2
BE nl
9