Inhoudsopgave
Advertenties
4
GROEN LAMPJE: WERKING EN SLECHT FUNCTIONEREN VAN DE
TRACTIEMOTOR
Indien dit lampje knippert als de sleutel in het contact steekt en alles werkt, betekent dit
dat er iets mis is.
GROEN LAMPJE: WERKING VAN CENTRALE BORSTEL
5
Het lampje blijft aan als de borstel actief is.
ROOD LAMPJE: SLUITEN VAN VUILCONTAINER
6
Dit lampje brandt als de deur van de vuilcontainer gesloten is.
ROOD LAMPJE: TEMPERATUUR VAN DE MOTOR
7
Dit lampje begint te branden indien de temperatuur van de motor hoger is dan 75-85°C.
De motor valt dan uit en de alarm beeper gaat af.
TRANSPARANTE LED: DIMLICHTEN
8
Dit lampje brandt als de dimlichten aan zijn.
ORANJE LED: KOPLAMPEN
9
Dit lampje brandt als de koplampen aan zijn.
GROEN LAMPJE: SPANNING
10
Het lampje brandt als de sleutel in het contact steekt.
GROEN INDICATIELAMPJE: WERKING (OPTIE)
11
Het lampje knippert als de machine in werking is.
12
------------------
SCHAKELAAR: KOPLAMPEN EN CLAXON
Draai deze in wijzerszin en de koplampen beginnen te branden. Druk deze in om te
claxonneren.
SCHAKELAAR VOOR BORSTELMOTOR
De borstelmotor is actief indien de schakelaar op "ON" staat, de motor draait niet als de
13
schakelaar op "OFF" staat.
------------------
14
HENDEL VOOR ZIJBORSTEL
De borstels draaien indien de hendel verticaal geplaatst wordt en draaien niet als de
hendel naar beneden staat.
15
DRAAIKNOP VOOR REGELING VAN DE DRUK VAN ZIJBORSTEL
De borsteldruk op de grond stijgt door deze knop in wijzerszin te draaien.
------------------
16
URENTELLER
------------------
17
CONTACTSCHAKELAAR
Draai de sleutel in wijzerszin en het lampje (pos.10) gaat branden.
18
INDICATOR OPLADEN VAN DE BATTERIJ
Groen lampje: batterij is opgeladen
Rood lampje: de motor stopt en de batterij moet opgeladen worden
19
------------------
INDICATIELAMPJE SCHAKELAAR (OPTIE)
Als de schakelaar aan staat, knippert het lampje (pos.11).
15
Advertenties
Inhoudsopgave
