zie het volgende hoofdstuk: "Parametermenu Bevestiging
meetbereikoverschrijding", pagina 98. Dräger adviseert om deze instelling voor
alle toepassingen te gebruiken.
– Tijdens de configuratie van de REGARD 7000 moet ook bij gebruik van de
assistentfunctie worden gecontroleerd of de gewijzigde configuratieparameters
juist zijn. Dit moet worden bevestigd door invoer van de autorisatiecodes voor
afsluiting van het configuratieproces. De eindgebruiker is verantwoordelijk voor
de REGARD 7000 systeemconfiguratie.
– Voor het alarm met het hoogste veiligheidsgerichte belang zijn alleen de
bevestigingswijzen LNAK en LPAK toegestaan. Voor meer informatie, zie het
volgende hoofdstuk: "Alarmbevestigingsmodus", pagina 69
Bij meerdere uitgangen voor het hoogste alarm zijn afwijkingen (bijvoorbeeld
voor akoestische alarmmelders) toegestaan.
– Relaisuitgangen voor veiligheidsrelevante schakelhandelingen moeten zodanig
worden geconfigureerd dat zij niet kunnen worden gereset wanneer een
alarmvoorwaarde aanwezig is.
– Houdt u zich voor een installatie voor functionele veiligheid aan de REGARD
7000 Safety Manual (bestelnr. 90 33 497). U kunt de REGARD 7000 Safety
Manual downloaden van Dräger ServiceConnect
(https://www.serviceconnect.draeger.com).
– Veiligheidsgerichte schakelhandelingen mogen uitsluitend via de REGARD
3000/7000-relaisuitgangen worden getriggerd.
– Alle bedieningselementen, inclusief digitale ingangen en Modbus- ingangen,
moeten tegen onjuiste bediening en onbevoegde toegang worden beveiligd.
7.3
Voorwaarden voor installaties op basis van NFPA 72
– Installatiebestanddelen en kabels moeten conform NFPA 72 worden
geïnstalleerd.
– De kabels tussen relaisuitgang en actuator moeten worden bewaakt op
kortsluitingen, draadbreuken en aardsluitingen (Ground Fault).
– Kabels mogen niet tegelijkertijd voor brand- of gasalarmsystemen en andere
installaties worden gebruikt.
– Alleen in de controlekamer mogen bevestigingsmogelijkheden worden ingericht.
– Tussen voedingsspanning en REGARD 7000 moet een isolatiebewakingsrelais
(Ground Fault Detector) worden geïnstalleerd.
Dräger adviseert om het isolatiebewakingsrelais CM-IWS.1 Typ P of S van ABB
te gebruiken.
Voor een goede isolatiebewaking moeten alle bewaakte systeemcomponenten
aardpotentiaalvrij worden gebruikt. Voor meer informatie zie de
gebruiksaanwijzing van het isolatiebewakingsrelais.
– Alarmen voor brand of koolmonoxide moeten als zodanig worden gekenmerkt.
– Voor uitgangen voor alarmen (Fire / Carbon Monoxide Alarm), storingen
(Trouble Signal) en waarschuwingen (Supervisory Signal) moet de
alarmherhaling (Resound) worden geactiveerd.
– De voedingsspanning voor Dashboards moet gescheiden worden gehouden
van de voedingsspanning van de Docking Stations.
|
Gebruiksaanwijzing
REGARD 7000
®
Bedrijf
73