5.1
Vaakgebruikte faxnummers registreren
•
Nee.: geef met behulp van de cijfertoetsen het registratienummer op.
•
Naam: geef de naam op van het faxnummer dat moet worden geregistreerd.
•
Faxnummer: typ het faxnummer dat moet worden geregistreerd met behulp van de cijfertoetsen.
•
Index: selecteer de indextekens die worden gebruikt voor het organiseren van de faxnummers. Door
geschikte indextekens voor de geregistreerde naam te selecteren, kan het faxnummer gemakkelijk ge-
vonden worden.
•
Pictogram: selecteer een pictogram wanneer i-Option LK-101 v2 is ingeschakeld op deze machine.
bizhub C360/C280/C220 (Version 3)
1
2
1
2
5
5-5