Tabel 44. Opties voor System Setup - menu Beveiliging (vervolg)
Beveiliging
Data wissen bij volgende keer opstarten
Gegevens wissen starten
Absolute
UEFI Boot Path Security
Geverifieerde BIOS-interface
Geverifieerde BIOS-interface inschakelen
Certificaatopslag wissen
Detectie van sabotage van firmware-
apparaten
Detectie van sabotage van firmware-
apparaten wissen
Tabel 45. Opties voor System Setup—Wachtwoordmenu
Wachtwoorden
Beheerderswachtwoord
Systeemwachtwoord
M.2 PCIe SSD-1
M.2 PCIe SSD-2
Wachtwoordconfiguratie
Hoofdletter
Kleine letter
Cijfer
Speciaal teken
140
BIOS-instellingen
Schakel het wissen van gegevens bij de volgende keer opstarten in of uit.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Hiermee kunt u de BIOS-module-interface van de optionele Absolute Persistence
Module-service van Absolute Software inschakelen, uitschakelen of permanent
uitschakelen.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Bepaalt of het systeem de gebruiker vraagt om het beheerderswachtwoord in te
voeren bij het opstarten van een UEFI-opstartapparaat via het F12-opstartmenu.
De optie Altijd, behalve interne HDD is standaard ingeschakeld.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Hiermee kunt u de functie Detectie van sabotage van firmware-apparaten beheren.
Deze functie stelt de gebruiker op de hoogte wanneer er sabotage van een
firmware-apparaat wordt vastgesteld. Wanneer deze optie is ingeschakeld, worden
er waarschuwingsberichten op het computerscherm weergegeven en wordt er een
sabotagedetectiegebeurtenis geregistreerd in het BIOS-gebeurtenissenlogboek. De
computer start niet opnieuw op totdat de gebeurtenis is gewist.
De optie Detectie van sabotage van firmware-apparaten is standaard ingesteld
op Stil.
Voor extra beveiliging raadt Dell Technologies u aan om de optie Detectie van
sabotage van firmware-apparaten ingeschakeld te houden.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Hiermee kunt u het beheerderswachtwoord instellen, wijzigen of verwijderen.
Hiermee kunt u het computerwachtwoord instellen, wijzigen of verwijderen.
Het wachtwoord van de SSD-1 instellen, wijzigen of verwijderen.
Het wachtwoord van de SSD-2 instellen, wijzigen of verwijderen.
Wanneer dit veld is ingeschakeld, moet het wachtwoord minimaal één hoofdletter
bevatten.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Wanneer dit veld is ingeschakeld, moet het wachtwoord minimaal één kleine letter
bevatten.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Wanneer dit veld is ingeschakeld, moet het wachtwoord minimaal één cijfer bevatten.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Wanneer dit is ingeschakeld, moet het wachtwoord minimaal één speciaal teken
bevatten.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.