9 Problemen oplossen
De omvormer is ontworpen volgens de belangrijkste internationale veiligheidsnormen voor netgebonden
systemen en vereisten voor elektromagnetische compatibiliteit. Voordat de omvormer bij de klant wordt
afgeleverd, is deze onderworpen aan diverse tests om de optimale werking en betrouwbaarheid te waarborgen.
Bij storingen wordt op het LCD-scherm een alarmmelding
weergegeven. In dat geval stopt de omvormer mogelijk met het toevoeren van energie aan het elektriciteitsnet. De
storingsbeschrijvingen en de bijbehorende alarmmeldingen staan hieronder vermeld.
Alarmmelding
Geen vermogen
LCD geeft aan dat
voortdurend wordt
geïnitialiseerd
OV-G-V01/02/03/04
UN-G-V01/02
OV-G-F01/02
UN-G-F01/02
G-IMP
NO-GRID
OV-DC01/02/03/04
OV-BUS
UN-BUS01/02
GRID-INTF01/02
OV-G-I
IGBT-OV-I
DC-INTF
OV-
DCA-I
IGFOL-F
IG-AD
INI-FAULT
61
Storingsbeschrijving
Omvormer geen vermogen op
LCD
Kan niet opstarten
Netspanning te hoog
Netspanning te laag
Netfrequentie te hoog
Netfrequentie te laag
Hoge netimpedantie
Geen netspanning
Gelijkspanning te hoog
DC-busspanning te hoog
DC-busspanning te laag
Netinterferentie
Netstroom te hoog
IGBT-stroom te hoog
Overstroom gelijkstroomingang
Storing netstroomtracking
Storing netstroomsampling
Storing systeeminitialisatie
Oplossing
1. Controleer PV-invoeraansluitingen
2. Controleer DC-ingangsspanning
(één fase > 120 V, drie fasen > 350 V)
3. Controleer of PV+/- is omgedraaid
1. Controleer of de connector op het hoofdpaneel
of vermogenspaneel is vastgezet.
2. Controleer of de DSP-connector naar het
vermogenspaneel
bevestigd is.
1. Weerstand van de AC-kabel is te hoog.
Vervang deze voor een netkabel met een
grotere maat
2. Pas de beveiligingslimiet aan indien dit is toegestaan
door
het elektriciteitsbedrijf.
1. Gebruik de "User Def"-functie om de
beveiligingslimiet aan te passen indien dit is
toegestaan door het elektriciteitsbedrijf.
1. Controleer de verbindingen en de netschakelaar.
2. Controleer de netspanning binnen de aansluitklem
van de omvormer.
1. Verlaag het aantal modules in de serie
1. Controleer de verbinding tussen de omvormer en de
inductiespoel
2. Controleer de verbinding met de aandrijving
1. Start omvormer opnieuw op
2. Vervang vermogenspaneel
1. Start omvormer opnieuw op
2. Identificeer en verwijder de string naar de storende
MPPT
3. Vervang vermogenspaneel
1. Herstart de omvormer of neem contact op met de
installateur.
XLX MIII omvormer