7.5.12 Internal EPM Set (Interne EPM instellen)
LET OP! Dit gedeelte bevat twee functies die betrekking hebben op
de intelligente meter. Raadpleeg paragraaf 5.3.6 voor gedetailleerde
aansluitschema's.
Functie 1: Internal Export Power Management Function (Interne functie voor beheer van
exportvermogen)
Omvormers kunnen werken met een intelligente meter om het exportvermogen
van het systeem dynamisch te beperken. Nul-injectie kan worden bereikt. De
intelligente meter kan zowel aan de netwerkzijde als aan de lastzijde worden
geïnstalleerd.
Functie 2: 24 Hour Consumption Monitoring Function (Functie voor 24-uursbewaking
van het verbruik)
Is alleen van toepassing als het
Omvormers kunnen werken met een intelligente meter om de verbruiksgegevens
van de hele dag te monitoren; deze data worden weergegeven in het
monitoringsysteem. De intelligente meter kan alleen aan de netwerkzijde worden
geïnstalleerd.
LET OP! Raadpleeg onderstaande instructies voor verschillende gebruiksscenario's.
Scenario 1. Alleen functie 1 is vereist
Stap 1: Raadpleeg paragraaf 5.3.6 om de intelligente meter aan de netwerkzijde of
aan de lastzijde te installeren. Stap 2: Selecteer in paragraaf 7.5.12.1 Mode Select
ofwel Option 2 (Meter in Load) of Option 3 (Meter in Grid) als vereist.
Stap 3: Configureer paragraaf 7.5.12.2 voor het instellen van het toegestane
terugstroomvermogen
Stap 4: Configureer paragraaf 7.5.12.3 zodanig dat de failsafe-functie is
ingeschakeld (indien nodig). Stap 5: Configureer paragraaf 7.5.12.4 voor het
aanpassen van de werkmodus (indien nodig)
Scenario 2. Met een intelligente meter zijn
beide Functies 1
Stap 1: Raadpleeg paragraaf 5.3.6 om de intelligente meter aan de
netzijde aan te sluiten. Stap 2: Selecteer in paragraaf 7.5.12.1 Mode
Select Optie 3 (Meter in Grid). Stap 3: Stel in paragraaf 7.5.3 24H Switch
in op "Enable".
Stap 4: Configureer paragraaf 7.5.12.2 voor het instellen van het toegestane
terugstroomvermogen
Stap 5: Configureer paragraaf 7.5.12.3 zodanig dat de failsafe-functie is
ingeschakeld (
(
pleeg de handleiding van het monitoringapparaat).
raad
IM-S2.XLX-MIII-NL-V1.0
Autarco
n 2
eist:
e
ver
ndien nodig). Stap 6: Configureer het
i
Installatie- en
bedieningshandleiding
monitoringsysteem wordt gebruikt.
Autarco
Autarco
monitoringsysteem
50