Gebruik van uw scooter
Basisfuncties
1. Zorg ervoor dat u goed zit in de
Elite XS / RS en dat de wijzer
voor de snelheidsregeling zich
volledig naar links bevindt (naar
de schildpad toe).
Opmerking: achteruit rijden is
niet mogelijk indien de
snelheid minimaal is afgesteld.
2. Plaats de sleutel in het contact
en draai 90 graden naar rechts
om de scooter aan te zetten.
3. Op de stuurkolom gebruikt u de
handduimbediening zoals reeds
eerder beschreven. U zal gaan
versnellen. Wanneer u los laat
zult u voorzichtig stoppen.
Oefen deze twee functies tot u
eraan gewend bent.
4. Het sturen van de Elite XS / RS
is gemakkelijk en logisch. Zorg
ervoor dat u de bochten ruim
neemt waarbij de achterwielen vrij
van hindernissen zijn.
5. Wanneer u een bocht te kort
neemt, kan het zijn dat het
achterwiel van de grond komt,
wat problemen kan veroorzaken
wanneer de hoek erg klein is.
Vermijd dit ten allen tijde door
een extra wijde bocht te nemen.
6. Wanneer u een kleine ruimte
wilt inrijden, zoals een
deuringang of wanneer u wilt
ronddraaien, stopt u de scooter
en draait u de handvatten in de
richting die u wilt rijden. Ga dan
langzaam versnellen. Dit zal de
scooter heel scherp doen
draaien. Wij raden aan de
regelbare snelheid in te stellen
op een lagere stand, wat u meer
controle zal geven.
Wees voorzichtig bij achteruit
rijden
7. Achteruit rijden vraagt extra
aandacht. Rechterduim of
linkervingers op de
handduimbediening zullen de
scooter achteruit doen rijden.
Stuur altijd in tegengestelde
richting van de richting die u wilt
volgen. Hoe meer u de
handduimbediening beweegt,
des te sneller u zult rijden.
Achteruitrijsnelheid is 50%
langzamer dan
vooruitrijsnelheid. Indien de
Elite niet beweegt in achteruit,
draait u de wijzer voor de
snelheidsregeling naar rechts
tot de scooter zachtjes achteruit
rijdt.
12
Iss 6