Installatie / inbouw
5
Installatie / inbouw
5.1
Installatie
Bereid de bouwwerkopstelling voor op basis van de pomp-
afmetingen.
Belangrijk!
Zorg voor voldoende plaats voor onderhoud en instand-
houding!
Voldoende ruimte inplannen voor het openen van de aan-
sluitkast en de elektrische aansluiting en de eventuele
frequentieomzetter inplannen.
Het betonfundament moet
- geheel zijn uitgehard,
- voldoende stijfheid hebben (minimaal
klasse X0 conform DIN EN 206),
- een horizontaal (waterpas) en vlak op-
pervlakte hebben
- Vibraties, uitgeoefende krachten en stoten
kan opnemen.
Plaats de pomp als de vloer aan deze voorwaarden vol-
doet.
De flensaansluitingen moeten exact in lijn staan en zodanig
worden vastgeschroefd dat er geen lekkages optreden. De
pakkingringen moeten bestand zijn tegen het medium.
Wees voorzichtig!
Niet-toegestane verhitting beschadigt
de electromotor.
Zorg voor voldoende ventilatie tijdens
het gebruik (behalve voor type UNI-
BLOCK GFC).
Om het doordringen van trillingen in het gebouw en het
pijpeidingsysteem te verhinderen, is het aan te raden buis-
compensatiestukken en trillingsdempers te monteren.
22
Wees voorzichtig!
Bij de installatie van de pomp kun-
nen er verwondingen van personen
optreden.
Neem de veiligheidsrichtlijnen en de
algemeen erkende "Regels van de
techniek" in acht.
Wees voorzichtig!
Heet pomphuis en heet inlaatdeksel
kunnen leiden tot brandwonden aan
handen en armen.
Raak pompen voor het verpompen van
heet water niet aan. Neem voorzorgs-
maatregelen tegen brandwonden.