De handset installeren
Let op
•
Ontploffingsgevaar! Houd batterijen uit
de buurt van hitte, zonlicht of vuur. Werp
batterijen nooit in het vuur.
•
Gebruik uitsluitend de meegeleverde
batterijen.
•
Risico van verminderde levensduur! Gebruik
nooit verschillende merken of soorten
batterijen door elkaar.
Opmerking
•
Laad de batterijen voorafgaand aan het eerste
gebruik 16 uur lang op.
Waarschuwing
•
Controleer de polariteit van de batterijen
wanneer u deze in het batterijcompartiment
plaatst. Onjuiste plaatsing kan het product
beschadigen.
a De batterijen zijn vooraf in de handset
geïnstalleerd. Trek de batterijtape van
de batterijklep voordat u gaat opladen.
b Plaats de handset op het basisstation om
de handset op te laden.
Opmerking
•
Het is normaal dat de handset warm wordt
tijdens het opladen van de batterijen.
14
NL
Het batterijniveau controleren
Wanneer de handset van het basisstation/
de lader is genomen, geeft het pictogram het
batterijniveau aan:
Vol (wordt continu weergegeven)
Halverwege (knippert)
Bijna leeg (leeg)
Wanneer u het lege batterijpictogram ziet en
een waarschuwingstoon hoort, is de batterij
bijna leeg en moet deze worden opgeladen.
Wanneer de handset zich op het
basisstation/de lader bevindt, blijft het
batterijpictogram knipperen tot het
opladen is voltooid.
Wannteer het opladen is voltooid, wordt
het batterijpictogram continu weergegeven.
Het land instellen
Selecteer uw land om de telefoon goed te laten
functioneren.
1
Druk op [OK] wanneer het
welkomstbericht wordt weergegeven.
2
Selecteer uw land en druk op [SELECT]
om uw selectie te bevestigen.
»
De landinstelling wordt opgeslagen.