4 Pijpaansluitingen
Algemene informatie
De leidingen moeten worden uitgevoerd in overeen-
stemming met de geldende normen en richtlijnen.
De buisafmetingen mogen niet kleiner zijn dan de aan-
bevolen buisdiameter, volgens onderstaande tabel. Om
de aanbevolen luchthoeveelheid te bereiken, moet elke
installatie echter individueel worden gedimensioneerd.
Minimale installatiestroom
De instalatie moet ten minste zo groot zijn dat het
bij 100% werking van de circulatiepomp de minimale
ontdooiingsstroom kan verwerken, zie tabel.
Minimale
stroomsnelheid
Luchtwarmte-
tijdens het
ontdooien
pomp
(100% pompca-
lucht/water
paciteit)
[l/s])
SHK 200S-6/
0,19
AMS 10-6
SHK 200S/
0,19
AMS 10-8
SHK 200S/
0,29
AMS 10-12
BELANGRIJK
Een verkeerd gedimensioneerd verwarmingssys-
teem kan leiden tot beschadiging en storing van het
apparaat.
Het systeem kan samenwerken met lage en middel-
hoge temperatuurverwarmingssystemen. De aanbe-
volen temperatuur van het verwarmingsmedium met
de minimale ontwerpbuiten temperatuur DOT mag
niet hoger zijn dan 55°C in de toevoer- en 45°C in het
retourcircuit van het verwarmingssysteem, waarbij de
SHK 200S / SHK 200S-6 in staat is om zelfs 65°C te
bereiken met het gebruik van een voorverwarmings-
module of een andere piekwarmtebron.
Overtollig medium dat uit de veiligheidsklep stroomt, moet
via een kanaal naar het rioleringsnet worden afgevoerd.
De overloopbuis moet over de gehele lengte een helling
naar de afvoer hebben en moet tegen bevriezing worden
beschermd. Voor een maximaal systeemrendement ad-
viseren wij de SHK 200S / SHK 200S-6 zo dicht mogelijk
bij de buitenunit van de warmtepomp te installeren.
De SHK 200S / SHK 200S-6 is niet uitgerust met af-
sluitkleppen, die buiten de binnenunit moeten worden
geïnstalleerd om het onderhoud achteraf te verge-
makkelijken. De SHK 200S / SHK 200S-6 kan wor-
den aangesloten op een centraal verwarmings-, koel-
en warmwatersysteem. Installeer de meegeleverde
veiligheidsgroep.
BELANGRIJK
Omdat alle aansluitingen een vrije doorstroming ver-
eisen, moet een ontlastklep in de centrale verwarming
worden geïnstalleerd.
SHK 200S
SHK 200S-6
Aanbevolen
Aanbevolen
minimale pijpdi-
minimale pijpdi-
ameter (DN)
ameter (mm)
20
22
20
22
20
22
BELANGRIJK
Alle hoge plaatsen in het verwarmingssysteem moe-
ten voorzien zijn van ventilatieroosters.
BELANGRIJK
De leidingen moeten voor het aansluiten van de bin-
nenunit worden doorgespoeld, zodat eventuele ver-
ontreinigingen de elementen niet beschadigen.
BELANGRIJK
Zet de schakelaar (SF1) op de regelaar pas op "I" of "
" als de verwarmingscircuits in de installatie gevuld
zijn met verwarmingsmedium. Het niet naleven van
het bovenstaande kan leiden tot schade aan veel on-
derdelen van de SHK 200S / SHK 200S-6.
Membraanvat
De SHK 200S / SHK
200S-6 is uitgerust met
een 10 I membraantank.
De aanvangsdruk van het
expansievat moet worden
gedimensioneerd
vol-
gens de maximale hoogte
(H) tussen het vat en het
hoogste verwarmingsele-
ment, zie figuur. Een ope-
ningsdruk van 0,5 bar (5
mvp) betekent het maxi-
maal toelaatbare hoog-
teverschil van 5 m. De
maximale capaciteit van de installatie zonder ketel is
220 l bij de bovengenoemde openingsdruk.
Buffervat
Voor de aansluiting van een warmtepomp is een ver-
warmingsmediumvolume van ca. 10 l/kW nodig en veel
verwarmingssystemen hebben dit volume niet. Om pro-
blemen met een ongestoorde doorstroming tijdens de
werking van het systeem te voorkomen, moet het vo-
lume worden verhoogd door middel van een buffervat.
BELANGRIJK
Om een ongestoorde doorstroming van het verwar-
mingssysteem te bereiken, moet een hydraulische kop-
peling of open verwarmingslussen worden gebruikt. Let
erop dat u altijd de minimaal vereiste installatiestroom
aanhoudt - zie hoofdstuk "Minimale installatiestroom".
AANDACHT
Een membraanexpansievat voor warmwatersystemen
wordt aanbevolen. Een veiligheidsklep met een ope-
ningsdruk van 3 bar is vereist.
Minimaal volume
van het verwarmingssysteem
AMS 10
Minimaal volume van het verwarmings-
systeem tijdens het verwarmen/koelen
6
8
12
50l
80l
100l
Hoofdstuk 4 |
Pijpaansluitingen
9