ADVIES
Wacht 24 uur voordat u de instellingen wijzigt om de
kamertemperatuur te stabiliseren.
Als het buiten koud is en de kamertemperatuur te laag,
verhoog dan de helling van de curve met één waarde.
Als het buiten koud is en de kamertemperatuur te
hoog, verminder dan de helling van de curve met één
waarde.
Als de buitenkant warm is en de kamertemperatuur
te laag, verhoog dan de curveverschuiving met één
waarde.
Als het buiten warm is en de kamertemperatuur te
hoog, verminder dan de curveverschuiving met één
waarde.
Menu 1.9.2 - externe instelling
Het aansluiten van een extern signaal, bijv. een ruim-
tesensor of programmeerapparaat, zal de kamertem-
peratuur tijdens het verwarmen tijdelijk of periodiek
verhogen of verlagen. Wanneer het signaal wordt ge-
activeerd, verandert de offset van de verwarmingscurve
met het aantal in het menu geselecteerde graden. Na-
dat de ruimtesensor is geïnstalleerd en ingeschakeld,
wordt de gewenste kamertemperatuur (°C) ingesteld.
Bij meerdere verwarmingssystemen kunnen voor elk
systeem afzonderlijke instellingen worden gemaakt.
Voor meer informatie selecteert u " ? ".
Fabrieksinstelling:
verwarming
verwarmingssysteem 1: 0
koeling
verwarmingssysteem 1: 0
Menu 1.9.3 - min. aanvoer temp.
Selecteer in Menu 1.9.3 de verwarming of koeling en
stel in het volgende menu de minimum aanvoertempe-
ratuur van het verwarmingssysteem in (min. aanvoer-
temperatuur van de verwarming/koeling). Dit betekent
dat de SHK 200S / SHK 200S-6 nooit een lagere tem-
peratuur berekent dan de hier ingestelde temperatuur.
42
Hoofdstuk 9 |
Controle
Bij meerdere verwarmingssystemen kunnen voor elk
systeem afzonderlijke instellingen worden gemaakt.
Fabrieksinstelling:
verwarming
verwarmingssysteem 1: 20
koeling
verwarmingssysteem 1: 18
ADVIES
De waarde kan worden verhoogd als er bijvoorbeeld een
kelder is die altijd verwarmd moet worden, zelfs in de zomer.
U kunt de waarden ook verhogen in het menu "Verwar-
ming uitschakelen" 4.9.2 "Auto modus inst.".
Menu 1.9.4 instellingen ruimtesensor
Hier kunt u de ruimtesensoren activeren die de ka-
mertemperatuur regelen.
AANDACHT
Verwarmingssystemen die langzaam warmte afgeven,
zoals vloerverwarming, kunnen moeilijk te regelen zijn
met de ruimtesensor van een warmtepomp.
Hier kunt u de factor (numerieke waarde) instellen die
het effect van de kamertemperatuur (verschil tussen
de actuele en de gewenste kamertemperatuur) op de
aanvoertemperatuur van het verwarmingssysteem
bepaalt, die te hoog of te laag is. Een hogere waarde
betekent een hogere en snellere verandering in de
verschuiving van de verwarmingscurve. Voor meer
informatie selecteert u " ? ".
BELANGRIJK
Een te hoge vooringestelde waarde voor de "systeem-
factor" kan (afhankelijk van het verwarmingssysteem)
leiden tot een onstabiele kamertemperatuur.
Fabrieksinstelling: uit
SHK 200S
SHK 200S-6