In bedrijf nemen
5.2
Instellingen voor het gebruik als regelaar
Gebruik als regelaar
Het display schakelt naar de toekenning van het cv-circuit. De actuele instelling knippert.
▶ Druk op de keuzeknop, om de instelling te bevestigen.
-of-
▶ Wanneer meerdere C 100-eenheden in de installatie zijn geïnstalleerd: verdraai de keuze-
knop en druk deze in, om een van de cv-circuits 2 t/m 8 toe te kennen.
Het display schakelt over naar automatische configuratie. De actuele instelling knippert.
▶ Verdraai de keuzeknop en druk deze in, om JA te kiezen.
De automatische configuratie voor het herkennen van de aangesloten module en tempera-
tuursensor start. Tijdens de automatische configuratie knippert het display Auto config.
Om de automatische configuratie af te breken:
▶ Reset-toets indrukken.
▶ Verdraai de keuzeknop en druk deze in, om NEE te kiezen.
De automatische configuratie wordt afgebroken.
Na de automatische configuratie schakelt het display over naar de geregelde systeemconfiguratie. In de geregelde systeemconfi-
guratie zijn meer instellingen mogelijk dan in de handleiding zijn opgenomen. Welke instellingen beschikbaar zijn hangt af van de
geïnstalleerde installatie.
Alleen bij ketels met EMS 2 is het eerste menupunt van de geregelde systeemconfiguratie de
configuratie HK1.
Bij ketels met 2-draads BUS verschijnt als eerste de instelling voor warm water. Dit menupunt
is ook bij ketels met EMS 2 beschikbaar en verschijnt daar als tweede menupunt.
▶ Wanneer het display niet knippert, keuzeknop indrukken.
De actuele instelling wordt knipperend weergegeven.
▶ Verdraai de keuzeknop, om de instelling te veranderen.
▶ Druk op de keuzeknop, om naar de volgende instelling over te gaan.
-of-
▶ Druk op de terugtoets, om naar de voorgaande instelling over te gaan.
Na de systeemconfiguratie gaat het display naar de start van de cv-installatie.
▶ Verdraai de keuzeknop en druk deze in, om JA te kiezen.
Wanneer geen solarmodule werd herkend, is de configuratie afgerond. De installatiedatum
van de C 100 wordt automatisch ingesteld.
Wanneer een solarmodule werd herkend, schakelt het display over naar de configuratie van de
solarinstallatie.
▶ Druk de keuzeknop in.
Het display toont de actueel ingestelde maximale boilertemperatuur.
▶ Alle instellingen voor de solarinstallatie ( hoofdstuk 8, vanaf pagina 18) controleren en
eventueel aanpassen.
Tabel 7
Gebruik als regelaar
14
CV-toekenning
CV-toekenning
6 720 808 145-11.1O
Auto config.
Auto config.
6 720 808 145-12.1O
Auto config.
Auto config.
6 720 808 145-24.2O
Config. CV1
Config. CV1
6 720 808 145-01.1O
Warm water
Warm water
6 720 808 145-30.1O
CV start
CV start
6 720 808 145-14.2O
Boiler max.
Boiler max.
6 720 808 145-26.1O
CR100 | CW100 – 6 720 809 990 (2014/07)