Download Print deze pagina
jablotron JA-111A Verkorte Handleiding

jablotron JA-111A Verkorte Handleiding

Bekabelde sirene voor buiten

Advertenties

JA-111A Bekabelde sirene voor buiten
Dit product is een component van het JABLOTRON JA-100
systeem. Het dient voor het indiceren van alarm buitenshuis.
Ook andere aanvullende geluidsindicaties zijn mogelijk. De
sirene bevat een reserveaccu voor het geval dat een dader de
toevoerkabel verbreekt. Het product is bestemd voor montage
door een geschoold technicus met geldend Jablotron certificaat.
Installatie
De sirene wordt op een verticale muur gemonteerd, met de
flitser in de richting omlaag. Voorkom montage in de buurt van
goten en op plaatsen, waar ijsvorming dreigt.
Afbeelding:
1
elektroakoestische
elektroakoestische omvormer; 3 – NiCd accu; 4 – opening voor toevoer
kabels; 5 – plaat van elektronica sirene; 6 – vloeistof libel; 7 – gaten voor
montage van sirene op de muur; 8 – schroef van sirenekap; 9 – kabeltje
met gesp voor borging van deksel centrale (door op de invalklem te
drukken kan gemakkelijk losgekoppeld worden)
Afbeelding: 10 – klemmen van de BUS; 11 – toets voor het leren; 12 –
sabotagesensors; 13 – serienummer; 14 – hoogspanningtransformator;
15 – zeer scherp schijnende signaallichten van de flitser; 16 – geel
signaallichtje van storing; 17 – aansluiting accu; 18 – aansluiting
elektroakoestische omvormer (let op, hoge spanning)
1. Open de buitenkap van de sirene (schroef 8 beneden)
JA-111A Bekabelde sirene voor buiten
omvormer;
2
tweede
1 / 2
2. Trek de buskabel door gat 4 in het achterdeel van de sirene
3. Schroef de sirene op de gekozen plaats vast met
montageopeningen 7 (2 schroeven), voor het bepalen van de
nauwkeurige verticale positie van de sirene kan de
geïntegreerde libel 6 gebruikt worden
Voor het aansluiten van de BUS moet het
systeem van de voeding zijn losgekoppeld.
4. Sluit de buskabel aan op de klemmen (10).
5. Sluit de reserveaccu in de connector (17).
6. Verder de handleiding voor installatie van de centrale
opvolgen. Basisstappen:
a. Na het aanzetten knippert het gele signaallichtje (16) omdat
de sirene niet in het systeem is ingedeeld.
b. In het F-Link programma op de kaart Randapparaten de
gewenste positie kiezen en met de Inlezen toets de
leermodus opstarten.
c. Druk op de drukknop in de sirene (11) – waardoor die leert
en het gele lichtje zal doven.
7. Monteer de kap van de sirene terug.
Eigenschappen instellen
Dit wordt door het F-Link programma gedaan – kaart
Randapparaten. Op positie van de sirene Interne instelling
kiezen. Een dialoog verschijnt, waardoor instellingen gedaan
kunnen worden: (* duidt de fabrieksinstelling aan)
Sectie: dit bepaalt voor welke secties de sirene zal werken en
eventueel ook inloop-/ uitloopvertraging en wapening signaleren.
Vanuit de fabriek is het geluidsignaal voor alle secties ingesteld.*
Reactie: dit bepaalt, of de sirene op signaal EW*
(waarschuwing buiten) of IW (waarschuwing binnen) zal loeien. Het
alarmgeluid kan ook volledig uitgezet worden (overige functies
blijven behouden).
Sirene loeit: met onderbrekingen*, zonder onderbrekingen
Beperking duur loeien: 1, 2, 3*,4, 5 minuten.
Harder geluid: JA / NEE* - dit is slechts van invloed op
signalering van inloop-/uitloopvertraging en de geluiden bij contact
van PG-uitgangen.
Piepgeluid bij bediening van secties: JA / NEE* - indien
aangezet, piept de sirene 1x bij wapening, 2x bij ontwapening en 3x
bij ontwapening na een alarm. Alleen voor de ingestelde secties.
Knipperen 30 minuten na alarm: JA / NEE* het verlengde
knipperen (flitsen) kan men door nieuwe wapening van het systeem
stoppen of door opheffing van alarmindicatie in het systeem (vanuit
het toetsenpaneel).
Elke 60 seconden een flits: JA / NEE* optionele indicatie van
de werking.
Geluid van PG uitgangen:
Voor elke PG uitgang kan een geluidsignaal ingesteld worden:
Geluid 1 - langzaam piepen 1 x per seconde (zolang de PG
aanstaat)
Geluid 2 – snel piepen 2 x per seconde (zolang de PG aanstaat)
Geluid 3 - 1x piep bij het aanzetten van de PG, 2 x bij uitzetten PG
Geluid 4 - lang piepgeluid gedurende 20 sec bij aanzetten PG
Prioriteiten van de sirenewerking:
De hoogste prioriteit heeft het loeien van de sirene, een lagere prioriteit
is voor het piepen bij bediening, de laagste is de activiteit van de PG
uitgangen (PG1 hoger dan PG2, etc.). Het geluid met een hogere prioriteit
beëindigt altijd het geluid met een lagere prioriteit.
Verbinding met de centrale wordt verbroken
Als de toevoerkabel verbroken wordt, zal de sirene 3 minuten
loeien en flitsen (dit gebeurt niet wanneer het systeem in service is).
Technische parameters
vanuit de BUS van de centrale 12 V (9...15 V)
Voeding
Stroomverbruik bij stand-by (rust)
Stroomverbruik voor keuze van kabel
Back-up accu
Piëzo-elektrische sirene
Afmetingen
Classificatie
ČSN EN 50131-1, ČSN EN 50131-4
conform
Omgevingsklasse IV
Beveiligingsgraad
Voldoet ook aan ČSN EN 50130-4, ČSN EN 55022, ČSN EN 60950-1
5 mA
50 mA
NiCd pack 4,8 V / 1800 mAh
levensduur ca 3 roky
110 dB/m (bij volgeladen accu)
200 x 300 x 70 mm
graad 2
buiten, algemeen -25 t/m +60°C
IP34D
MLQ51003

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor jablotron JA-111A

  • Pagina 1 JA-111A Bekabelde sirene voor buiten Dit product is een component van het JABLOTRON JA-100 2. Trek de buskabel door gat 4 in het achterdeel van de sirene systeem. Het dient voor het indiceren van alarm buitenshuis. 3. Schroef de sirene op de gekozen plaats vast met Ook andere aanvullende geluidsindicaties zijn mogelijk.
  • Pagina 2 JA-111A Bekabelde sirene voor buiten Product JA-111A ontworpen gefabriceerd overeenstemming met de daarop toe te passen bepalingen: Regeringsbesluit nr. 17/2003 Sb. en 616/2006 Sb., mits gebruikt volgens bestemming. Originele verklaring overeenstemming is op www.jablotron.cz in de sectie advisering te vinden.