Het toetsenbord vormt een component van het systeem
JABLOTRON 100 dat gebruikt wordt om de centrale te besturen
en de actuele staat ervan te weergeven. Met gebruik van een externe
ingang kan een deurdetector aangesloten worden op het
toetsenbord.
Het is noodzakelijk om deze handleiding te gebruiken
in
combinatie
met
de
en gebruikershandleidingen.
Het toetsenbord bevat 4 functieknoppen (5), een LCD-display (3),
een systeemindicator (2), statusindicatoren A, B, C, D (1), een
toetsenbord met een RFID-lezer op basis van chipkaart/tag (4).
Afbeelding 1: 1 – statusindicatoren; 2 – systeemindicator; 3 – LCD-display;
4 – het toetsenbord en de RFID-lezer; 5 – functieknoppen A, B, C, D
6 – openingslipje van het toetsenbord 7 – verwijderbare BUS-
aansluitklemmen; 8 – sabotagecontact; 9 – productienummer;
Installatie
1. Open de behuizing van het toetsenbord door te drukken
op het lipje op de bodem (6) met behulp van een
schroevendraaier.
Breek een gat uit in de plastic basis, trek de kabel door
2.
en schroef de plastic achterkant vast op een geselecteerde
plaats.
Het is raadzaam om gebruik te maken van alle vier
montagegaten
en
schroeven
te bevestigen. Om te voldoen aan de criteria van EN 50131
graad 2, moet de kunststof basis vastgeschroefd worden met
ten minste twee schroeven met gebruik van het montagegat
naast
het
sabotagecontactgat
in de diagonale hoek. Sluit de kabel aan op de BUS-
aansluitklemmen (7). Voor een eenvoudigere installatie kunt
u de busklemmen loskoppelen, de kabels aansluiten
en de klemmen weer bevestigen.
Schakel altijd de stroom uit voordat u het
toetsenbord aansluit op de BUS.
3. Plaats het toetsenbord terug in de kunststof basis en vergrendel het
bodemlipje met gebruik van de kleine schroef. Zorg ervoor dat
de geleiders niet de veer van het sabotagecontact raken.
4. Ga
verder
volgens
de
bedieningspaneel. Basisprocedure:
a. Wanneer
het
apparaat
de systeemindicator (2) herhaaldelijk geel om aan
te geven, dat het toetsenbord nog niet geregistreerd
is in het systeem.
b. Open de software F-Link, kies de gewenste positie
in het venster Apparaten, en klik op de knop Registreren,
wat het dialoogvenster Apparaatinformatie opent.
c. Klik op Scan/voeg nieuwe BUS-apparaten toe, wat een lijst
van
aangesloten
weergeven. Klik tweemaal op het apparaat, dat u wilt
registreren – in dit geval de JA-110E.
d. Het toetsenbord is nu geregistreerd en het gele LED-
lampje begint te knipperen (tweemaal met pauze)
om de Servicemodus aan te geven.
Opmerkingen:
Het
toetsenbord
kan
de registratiemodus te openen (de Registratieknop in het
Apparatentabblad van de software F-Link) en te drukken
op het deksel van het toetsenbord of het sabotagecontact.
Registratie
is
ook
mogelijk
de productiecode (9) in de software F-Link of een
streepjescodescanner te gebruiken. Alle nummers vermeld
Het BUS-toetsenbord JA-110E
Het BUS-toetsenbord JA-110 E
installatie
JABLOTRON
om
de
kunststof
en
het
montagegat
installatiehandleiding
voor
is
ingeschakeld,
knippert
niet-geregistreerde
apparaten
geregistreerd
worden
door
het
invoeren
onder de streepjescode moeten worden ingevoerd (bijv.
1400-00-0000-0001).
Installatie van een magnetisch contact
Het toetsenbord ondersteunt verbinding van een deurdetector.
De IN-ingang reageert op afkoppeling van het GND-contact.
De reactie van de centrale op een geactiveerde IN-ingang kan
100
geconfigureerd worden in de SW F-Link.
Afbeelding 2: aansluiting van een magnetisch contact
Het instellen van de eigenschappen
Ga naar het venster Apparaten in de software F-Link. Wanneer
u zich bevindt op de positie van het toetsenbord, klikt u op de optie
Interne instellingen, waardoor een dialoogvenster met alle
eigenschappen zal worden weergegeven. Interne instellingen zijn
onderverdeeld in 2 basis tabbladen: Functies en Instellingen.
De functietab:
Tijd – Toont de actuele tijd in de rechterbovenhoek van het display
Gebruikerstekst – Maakt het mogelijk een willekeurige tekst
te tonen, bijvoorbeeld telefoonnummers van een installateursbedrijf,
enz.
basis
Temperatuur – Toont de temperatuur gemeten door een
van de gekozen thermometers in de rechterbenedenhoek van het
toetsenborddisplay.
Functie van de knoppen – Aan de linkerkant bevindt zich een keuze
van de functies van de knoppen. Aan de rechterkant is er een selectie
van Secties of PG-uitgangen waaraan de functies zullen worden
toegewezen. Een functieknop kan toegewezen worden aan
de volgende functies: Geen, Uitgeschakeld/Gedeeltelijk ingeschakeld,
Uitgeschakeld/Gedeeltelijk
indicatie, Paniek, Brand, Hoorbare paniek, Medische problemen,
PG AAN/UIT, PG AAN, PG UIT, PG-indicatie, PG geeft omgekeerd
aan, Knop voor algemene functies.
Autorisatie – In- en uitschakeling vereist autorisatie door de gebruiker.
Wanneer deze parameter is uitgeschakeld, kunnen de functieknoppen
worden gebruikt zonder autorisatie, maar dit geldt niet voor het
uitschakelen van een sectie, die altijd autorisatie vereist. Zowel de AAN-
als UIT-statussen van de PG-uitgangen kunnen worden geconfigureerd
het
om te worden gebruikt met of zonder autorisatie
Import – maakt het mogelijk om instellingen te kopiëren van andere
toetsenborden van hetzelfde type, die al werden geregistreerd.
Dit kan bijvoorbeeld worden gebruikt, wanneer het gebouw meerdere
ingangen heeft en het noodzakelijk is, dat alle toetsenborden
identieke functies hebben. Bovendien kan deze functie ook worden
gebruik voor het vervangen van een verkeerd toetsenbord door een
ander.
De
Importknop
toetsenbordinstellingen op een positie van een bepaald apparaat.
zal
Sectiekeuze – selectie van secties die gecontroleerd kan worden
door autorisatie (met behulp van een RFID-chip of een code)
PG-keuze – selectie van PG-uitgangen die gecontroleerd kunnen
worden door de autorisatie (met behulp van een RFID-chip of een
code)
De Instellingstab:
Akoestische indicatie van geselecteerde secties:
door
Hoger volume – Verhoogd indicatievolume (dit geldt niet
voor alarmen).
Alarmen – Geeft alarmen aan (een sirene klinkt).
Inloopvertraging – Continu geluid gedurende de inloopvertraging
van
Uitloopvertraging – Langzaam piepgeluid (1x per seconde)
1 / 3
ingeschakeld/Ingeschakeld,
biedt
de
geschiedenis
van
MLU26801
Sectie-
de