Houd de
bevestigingsmarkeringen op
één lijn en plaats het objectief
op de camera
Draai het objectief zoals aangeduid totdat het op zijn plaats klikt.
Als het objectief vibratiereductie (VR)
ondersteunt, kan vibratiereductie vanaf de
camera worden geregeld (0 99). Merk op
dat objectieven met knoppen voor de
intrekbare objectiefcilinder niet kunnen
worden gebruikt wanneer ingetrokken.
Houd de knop van de intrekbare
objectiefcilinder ingedrukt (q) terwijl aan
de zoomring wordt gedraaid (w) om het
objectief te ontgrendelen en te verlengen
zodat de camera gereed is voor gebruik.
Bevestigingsmarkering (camera)
Bevestigingsmarkering (objectief)
Zoomring
Knop intrekbare
objectiefcilinder
111
n