Opstarten van de printer
Ports
Interface > Network (netwerk) > Services > Ports
U beschikt over de volgende opties om de poortnummers in te stellen:
1
Port1
2
Port2
3
Port3
4
Flow Control
Port1
Interface > Network (netwerk) > Services > Ports > Port1
Instellen van het poortnummer voor Port1.
Poort 2 en poort 3 moeten op andere waarden worden ingesteld.
Standaardinstelling : 1024
Instelbereik
Opmerking
Aanbevolen wordt het poortnummer in te stellen op 1024 of op een
hogere waarde.
Port2
Interface > Network (netwerk) > Services > Ports > Port2
Instellen van het poortnummer voor Port2.
Poort 1 en poort 3 moeten op andere waarden worden ingesteld.
Standaardinstelling : 1025
Instelbereik
Opmerking
Aanbevolen wordt het poortnummer in te stellen op 1024 of op een
hogere waarde.
Port3
Interface > Network (netwerk) > Services > Ports > Port3
Instellen van het poortnummer voor Port3.
Poort 1 en poort 2 moeten op andere waarden worden ingesteld.
Standaardinstelling : 9100
Instelbereik
Opmerking
Aanbevolen wordt het poortnummer in te stellen op 1024 of op een
hogere waarde.
79
Mobiele printer PW208NX/PW208mNX
Instellen van het poortnummer voor Port1.
Instellen van het poortnummer voor Port2.
Instellen van het poortnummer voor Port3.
Instellen van het communicatieprotocol.
: 1-1024, 1026-9099, 9101-65535
: 1-1023, 1025-9099, 9101-65535
: 1-1023, 1026-65535