4. Druk op <Menu> → Bestand sluiten om
de werkmap te sluiten.
U kunt als volgt een Excel-werkmap bewerken:
1. Druk in het startscherm op <Start> →
Office Mobile → Excel Mobile.
2. Blader naar een Excel-bestand en selecteer
de bestandsnaam om het bestand te
openen.
3. Druk op een functietoets → <Menu> →
Bewerken.
4. Blader naar een cel en druk op de
bevestigingstoets om deze te selecteren.
5. Geef waarden of tekst in en druk op
<Gereed>.
6. Herhaal desgewenst stap 4 en 5.
7. Druk op <Menu> → Bestand → Opslaan
als....
8. Geef een bestandsnaam in, selecteer de
geheugenlocatie en druk op <Opslaan>.
14
Een Word-document openen en
bewerken
Een Word-document openen en weergeven:
1. Druk in het startscherm op <Start> →
Office Mobile → Word Mobile.
2. Blader naar een Word-bestand en
selecteer de bestandsnaam om het
bestand te openen.
3. Als u wilt inzoomen of uitzoomen op een
gedeelte van een document, drukt u op
<Beeld> → een zoomoptie.
4. Druk op <Menu> → Bestand sluiten om
de werkmap te sluiten.
Een Word-document bewerken:
1. Druk in het startscherm op <Start> →
Office Mobile → Word Mobile.
2. Blader naar een Word-bestand en
selecteer de bestandsnaam om het
bestand te openen.