Inhoud Inhoud Algemeen ....................7 Over deze handleiding ........7 Algemene voorschriften ........7 Doelstellingen voor de gebruiksaanwijzing ....8 Disclaimers ............ 8 Auteursrechten ..........9 Verlies, apparatuur, exploitatievergunning ....9 Geldigheid van deze handleiding ......10 Veiligheid ........
Pagina 4
Inhoud Omschrijving machine ................24 Constructie ........... 24 Machineoverzicht ........... 25 4.2.1 Met onderstel en kraagarmen ........25 4.2.2 Met dwarsonderstel ............ 25 4.2.3 Modules..............26 Bedienings- en weergave-elementen....27 4.3.1 Led-verlichting ............27 4.3.2 Status led aan schroefspindel ........27 4.3.3 Handgrepen voor hoogteverstelling ......
Pagina 5
Inhoud Met de machine werken ................58 Accu plaatsen ..........58 Accu aansluiten ..........59 Machine inschakelen........60 Algemeen over schroefhandelingen ..... 61 7.4.1 Toetsen ergonomisch correct bedienen ...... 61 7.4.2 Automatische toerenvermindering bij het losdraaien / losmaken van schroeven ..........
Pagina 6
Inhoud Schroeven aandraaien: Met opslaan van de schroefparameters ........102 Schroeven aandraaien: Zonder opslaan van de schroefparameters ........102 Versiegeschiedenis van de software ....102 Aanhaalkoppel evalueren ................103 Resultaten in tabelvorm weergeven....103 Bestanden op manipulatie controleren ....104 10. Transport en opslag ..................106 10.1 Transport ........
De Fa. ROBEL Bahnbaumaschinen GmbH staat echter met haar organisatie van klantenservice voor adviezen, opleidingen en andere adviserende diensten, details en voorwaarden af- zonderlijk overeen te komen, tot uw beschikking.
1. Algemeen Doelstellingen voor de gebruiksaanwijzing Deze handleiding bevat de nodige informatie voor de het be- oogd gebruik van de daarin beschreven product. De handleiding is uitdrukkelijk voor technisch gekwalificeerd personeel geschreven. Gekwalificeerd personeel in dit verband Personeel dat het bewijs van geschiktheid voor het hante- •...
Auteursrechten Specifieke eigenschappen en constructieve bijzonderheden van het product zijn intellectueel eigendom van ROBEL Bahnbaumaschinen GmbH. Het auteursrecht op deze ge- bruiksaanwijzing verblijft bij ROBEL Bahnbaumaschinen GmbH. Ze mag noch volledig noch in verkorte versie gedupli- ceerd, gepubliceerd of op andere wijze worden gebruikt voor concurrerende doeleinden, al dan niet tegen betaling.
1. Algemeen Geldigheid van deze handleiding Deze gebruiksaanwijzing geldt voor het product met het vol- gende EDV-nr.: • EDV-nr. 791 990 0201 30.76/02...
Vooral door zijn hoge herhalingsnauwkeurigheid is de accu-precisiesleutel 30.76 optimaal te gebruiken voor nieuwe sporen en renovatiewerk- zaamheden. De ROBEL-accu ROBATTERY 71.02 (2300 Wh) is voorzien als energiebron. Voorzienbaar verkeerd gebruik De machine mag niet gebruikt worden om materiaal langs het spoor op bouwplaatsen te vervoeren.
2. Veiligheid Opbouw van de waarschu- Waarschuwingen zijn als volgt opgebouwd: wingen SIGNAALWOORD Aard en bron van het gevaar! Mogelijke gevolgen bij niet-inachtneming van het gevaar. ► Maatregelen om het gevaar te voorkomen. Wijzigingen aan de uitvoering, originele onderdelen Niet-geautoriseerde wijzigingen van bouw- of aanbouwonderde- len aan het product sluiten elke aansprakelijkheid van de fa- brikant uit.
2. Veiligheid Veiligheidsbepalingen Voor het omgaan met de product noodzakelijke vereisten te- gen bescherming van het leven, gezondheid, gebouwen en milieu zijn met voorrang zeker te stellen. Alvorens het product in bedrijf te nemen, zekerstellen dat de volgende relevante regels en bepalingen van alle daarvan be- treffende personen aantoonbaar voor kennis werden genomen: Nationale wettelijke veiligheidsvoorschriften •...
2. Veiligheid Persoonlijke beschermingsmiddelen Tijdens bedrijf en onderhoud van de machine moeten goedge- keurde persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt. ► Veiligheidshelm dragen ► Veiligheidshandschoenen dragen. ► Gehoorbescherming dragen. ► Doelmatige, nauw aansluitende kleding dragen, die niet door draaiende machineonderdelen of zaagbladen ge- grepen kunnen worden.
2. Veiligheid Instructies voor speciale soorten gevaren Gevaar bij handmatige be- Als tijdens het hijsen of het transport het maximale gewicht diening van machines per persoon wordt overschreden, bestaat er een risico op letsel aan spieren, pezen en botten. ► Controleer voor transport of de transportroute vrij is van obstakels of struikelgevaren.
Pagina 16
2. Veiligheid Bij sommige activiteiten is er een risico op spier-, pees- en bot- Gevaar door niet- letsel als de bediening niet met de nodige zorg wordt uitge- ergonomische bediening voerd. Een voorbeeld is het starten van de motor met behulp van de recoilstarter.
Pagina 17
2. Veiligheid Gevaar door hitte Letselgevaar door het aanraken van hete delen. ► Voor het werken aan verhitte delen, motoren uitzetten en hete delen minstens 30 minuten lang laten afkoelen. ► Verhitte delen niet aanraken Brandgevaar ► De machine minstens een meter van gebouwen en andere apparaten opstellen.
2. Veiligheid 2.10 Ongevallenpreventie De voorschrift ongevallenpreventie van de civiele techniek be- roepsvereniging vindt ook in deze gebruiksaanwijzing haar toepassing en is zorgvuldig te lezen en op te volgen. ► Altijd de algemene en operationele voorschriften voor on- gevallenpreventie opvolgen. ►...
2. Veiligheid 2.11 Eerste hulp Om in geval van nood eerste hulp te kunnen bieden, moet het volgende veilig gesteld zijn: ► Zorg altijd voor een goede, volledige en schone inrichting van de “Eerst Hulp” uitrusting. ► Met het oog op de "Eerste Hulp" maatregelen en geschikte apparatuur voor de medische dienst of het kantoor van de dokter raadplegen.
3. Technische gegevens Geluidsemissie en trillingen Voor de persoonsgebonden beoordeling is de daadwerkelijke werkomgeving per werknemer te beschouwen (bij. verblijf op verschillende plaatsen/aan verschillende machines). 3.7.1 Geluidsemissie Omdat de persoonsbetrokken beoordelingspegel bij het wer- ken wordt overschreden, dienen geschikte gehoorbescherming te worden gebruikt (zie ook de nationale, wettelijke bepalingen en de grondliggende veiligheids- en gezondheidsvereisten).
4. Omschrijving machine Omschrijving machine Constructie De op de praktijk gerichte constructie heeft de volgende ken- merken: Machine Krachtige aandrijfmotor en accu • Opbergvak (onder het accuvak) • Lichtmetalen constructie • Intuïtieve bediening met kleurendisplay • Krachtige accu • Snelwisselhouder •...
4. Omschrijving machine 4.2.3 Modules De machine bestaat uit de volgende modules: Afb. 6: Modules Accu Toets “Dichtschroeven” Greep voor optillen Handgreep Draaimechanisme draaggrepen Led-verlichting Geleiderol PLC-aansturing Aansluitkraagarm Hefbeugel Schroefkop GPS-ontvanger (optioneel) Greep voor optillen Koellichaam Elektromotor Aansluitkabel Hirth-vertanding van de hoogteverzetting, Monorail onderstel grepen en klemhendel Toets “Openschroeven”...
4. Omschrijving machine Bedienings- en weergave-elementen 4.3.1 Led-verlichting Afb. 7: Led-verlichting De energiebesparende verlichting met led-lampen wordt inge- schakeld als de machine op de accu is aangesloten en de "ON/OFF" schakelaar aan staat. 4.3.2 Status led aan schroefspindel De status-led op de schroefspindel brandt groen wanneer een schroefverbinding correct is uitgevoerd.
4. Omschrijving machine 4.3.3 Handgrepen voor hoogteverstelling Afb. 9: Hoogteverstelling Klemhendel Dopmoer Handgreep voor buisgeleider Hirth-tandwieloverbrenging 4.3.4 Afstelling van de transportgrepen De handgrepen zijn draaibaar en kunnen in vier standen wor- den vergrendeld. Trek hiervoor het veerringetje uit, draai de hendels in de gewenste richting en laat ze in de uitsparingen vastklikken.
4. Omschrijving machine Transportpositie (sjorren) Afb. 11: Transportpositie (sjorren) Werkposities (naar achteren of naar boven) Afb. 12: Werkpositie (voorbeeld: handgrepen naar achteren) 4.3.5 Instellen van de kantelbegrenzing van de schroef Met een stelschroef kan de hoogte worden ingesteld waarop de schroefspindel over de rail kan worden getild. 30.76/02...
4. Omschrijving machine Afb. 13: Stelschroef voor kantelbegrenzing Magneet Stelschroef Borgmoer Hendel De stelschroef (2) wordt door middel van een magneet (1) in de afgebeelde stand gehouden. Als de kantelbegrenzing moet worden opgeheven, bijv. om de werkrichting van de machine te veranderen, klap dan de bout weg met behulp van de aan beide zijden bevestigde hendels (4), zie Hoofdstuk 7.6.
4. Omschrijving machine 4.3.7 zwaartepunt of de contactkracht aanpassen De contactkracht kan worden aangepast aan de eisen van de bediener. Daarvoor moeten de veerbouten aan beide zijden uitgetrokken worden, de lengte aangepast en de veerbouten in de gaten vastgezet. Afb. 15: Afstelmechanisme Boring "8", "transportpositie"...
4. Omschrijving machine De volgende posities kunnen dienen als refe- rentiewaarden: Eén accu: volledig uitgeschoven (max. • lengte). Twee accu’s: gebruik de vierde boring van • buitenaf. 4.3.8 Bedieningselementen Afb. 18: Bedieningselementen Toets „vastschroeven “ Toets „losschroeven“ Noodstopschakelaar De machine wordt ingeschakeld met de "AAN/UIT" schakelaar. Afb.
4. Omschrijving machine 4.3.9 Dodemansrem (optie voor dwarsonderstel) Afb. 20: Dodemansremhendel Optioneel kan de machine worden uitgerust met een dode- mansrem als een dwarsonderstel wordt gebruikt. De machine wordt geremd wanneer de hendel niet wordt inge- drukt. De hendel van de dodemansrem kan uit zijn houder worden gehaald, hij blijft verbonden met het dwarse onderstel.
4. Omschrijving machine 4.3.10 PL C-aansturing (SPS) Afb. 22: PLC Display Display Toets „4“ Toets „2“ Toets “Enter” USB aansluiting “dicht” Toets “ESC” Toets „1“ Toets „3“ USB-aansluiting “open” met USB-stick De PLC-aansturing wordt gebruikt om de elektrische functies te bedienen. De PLC-aansturing start, zodra de motor loopt.
4. Omschrijving machine Afb. 35: Linkerzijde Sticker “E ” Sticker „Heet oppervlak“ Accessoires 4.5.1 Cantilever De cantilever is telescopisch en dus verstelbaar voor verschil- lende spoorbreedtes. De afstelling gebeurt met behulp van een veerpen en gaten in de binnenste stang van de verlengarm. Afb.
4. Omschrijving machine 4.5.2 Verkrijgbaar op aanvraag Afb. 37: Schroefkoppen Schroefkop (tweedelig) zonder uitwerper Knikschroefkop (tweedelig) met uitwerper Schroefkop uit één stuk Schroefkoppen voor zeskantmoeren SW 39 Afhankelijk van de bestelling voor dwarsliggers met conische haakse 28/26 x 21/19 mm (voorbeelden van de meest voorkomende afmetingen) voor dwarsliggers met conische vierkante...
Pagina 40
4. Omschrijving machine Spindelextensie Afb. 39: Spindelextensie De spindelverlenging (1) is bijv. nodig bij gebruik van het dwar- se onderstel. Bestelnummers (afhankelijk van de lengte) EDV-nr. 501 895 0015 recht (voor inschuif- baar onderstel) EDP nr. 501 895 0007 recht (voor dwars- onderstel) EDV-nr.
4. Omschrijving machine Werkplaats De bediener staat meestal achter de machine en houdt de twee handgrepen vast. Afb. 40: Werkplaats (groen gearceerd gebied) 30.76/02...
5. Machine voorbereiden Machine voorbereiden Eerste inbedrijfstelling met dodemansrem 1. Monteer de houder van de dodemansrem, zie Gebruiks- aanwijzing van het dwarse onderstel met dodemansrem Machine monteren Bij levering is de machine (afhankelijk van de bestelde uitvoe- ring) gedemonteerd in de componenten schroefmachine, on- derstel en giek of schroefmachine en dwarsonderstel en V- spilverlenging.
5. Machine voorbereiden 5.3.1 Met monorailonderstel en cantilever 1. Maak de cantilever los van de monorailwagen bij het in- trekken/rijden: trek aan de veerklem (4) en schuif de canti- lever uit de houder (2). Monorailonderstel monteren Afb. 41: Monorailonderstel Veergrendel Bevestiging voor cantilever Steun Borgpen...
5. Machine voorbereiden 5.3.2 Met dwarsonderstel en parkeerrem ► Koppel de machine los van het onderstel bij het aan-/afkoppelen. 1. Zorg ervoor dat de parkeerrem (3) aangetrokken is (dwars- onderstel wordt geremd). 2. Plaats het dwarsonderstel op het spoor. Afb. 42: Dwarsonderstel op de rails plaatsen Veergrendel Steun Remhendel parkeerrem...
5. Machine voorbereiden 5.3.3 Met dwarsonderstel en dodemansrem Het dwarsonderstel met dodemansrem wordt geremd, ook als de hendel van de dodemans- rem nog niet op de machine is gemonteerd. Het dwarsonderstel met dodemansrem is naar keuze leverbaar met of zonder veervergrende- ling.
Pagina 46
5. Machine voorbereiden Het monteren van de hendel van de dodemansrem Afb. 44: Monteren van de hendel van de dodemansrem Borgpen Boring Positieve verbinding 1. Trek aan het veermanchet (1) (blauwe pijl). 2. Sluit de nok van de positieve aansluiting (3) en plaats het geheel in een draaiende beweging (rode pijl) zodat de pen van de veerverbinding over het gat (2) komt te liggen.
5. Machine voorbereiden Schroefkop uitrusten /verwisselen Afb. 45: Schroefkoppen Schroefkop (tweedelig) zonder uitwerper Knikschroefkop (tweedelig) met uitwerper Schroefkop uit één stuk WAARSCHUWING Risico op letsel! Als de bediener met één hand naar de snel- wisselhouder reikt terwijl hij met de andere hand de machine bij het handvat vasthoudt, bestaat het risico dat een knop wordt inge- drukt en de spindel start.
5. Machine voorbereiden De schroefkop (2) kan nu worden geplaatst resp. ver- wijderd. 2. De ring van de snelle wegwerpvoering (1) loslaten De ring springt omhoog en een geplaatste schroefkop is dan vergrendeld. 3. Niet benodigde schroefkoppen op bewaarplekken op de machine zetten.
5. Machine voorbereiden Greephoogte instellen De greephoogte kan met ongeveer +/-200 mm worden aange- past aan de grootte van de gebruiker. 1. Draai beide tommyschroeven (1) van de hoogteverstelling linksom los, zodat de Hirth-vertanding loskomt. Afb. 47: Greephoogte instellen Klemhendel Dopmoer Buis geleidegreep Hirth-vertanding...
5. Machine voorbereiden Maximale kantelhoek instellen Met een stelschroef kan de hoogte worden ingesteld waarop de schroefspindel over de rail kan worden getild. Dit maakt het mogelijk de werkrichting te veranderen zonder op het naastgelegen spoor te stappen. Afb. 48: Stelschroef voor kantelbegrenzing Magneet Stelschroef Borgmoer...
Pagina 51
5. Machine voorbereiden Controleer instelling 1. Zwenk de machine over de rail. 2. Zorg ervoor dat de afstand tussen de schroefkop en de bovenkant van de rail minstens ca. 10 mm bedraagt (zie pijl). Afb. 49: Zwenken over de rail 30.76/02...
5. Machine voorbereiden Stel de gewenste houdkracht (zwaartepunt) in 1. Zet de vergrendelingshendels aan beide zijden 180° in de stand "open". 2. Verplaats het machinedeel met de accuhouder naar de gewenste positie. 3. Draai de vergrendelingshendels 180° en laat ze vastklik- ken (stand "gesloten“).
5. Machine voorbereiden Accu plaatsen Plaats om redenen van zwaartepunt altijd de eerste accu in het accuvak met de klemgreep (buitenste accuvak). 1. Klemhaken (1) openen. Afb. 52: Accu plaatsen Klemhaak Spansleuf 1. Plaats de accu in het accuvak. 2. Sluit de klemhaak. 3.
5. Machine voorbereiden 5.10 De accu aansluiten 1. Steek de stekker van de machine in de aansluiting op de accu. 2. 2. Plaats de beschermkap in de houder op het accuvak. Afb. 53: Plaats de beschermkap in de beugel 5.11 Koppelarm kalibreren AANWIJZING Gevaar voor materiële schade!
6. Eerste ingebruikname Eerste ingebruikname Landinstelling kiezen Bij de eerste ingebruikname verschijnt er na het opstarten van de PLC een keuzemenu, waar de landinstelling kan worden ingesteld. Afb. 54: Landinstelling kiezen 1. De gewenste landinstelling met behulp van de pijltoetsen instellen.
6. Eerste ingebruikname Datum en tijd instellen Datum, tijd en zo nodig zomertijd van de desbetreffende tijd- zone instellen. Afb. 55: Datum en tijd instellen Datum Tijd Midden-Europese Zomertijd Mexicaanse Zomertijd Noord-Amerikaanse Zomertijd Instellen Bedrijfsuren Totaal Thans 1. De te wijzigen waarde met behulp van de softkey onder de dubbele pijl kiezen.
Pagina 57
6. Eerste ingebruikname 4. Als de waarden juist zijn ingesteld, met de dubbele pijl de optie “Instellen” kiezen en op de “Enter”-toets drukken. Als de waarden per abuis verkeerd zijn ingevoerd, dan kunnen ze opnieuw worden ingevoerd zoals beschreven in hfst. 8.6.6. 30.76/02...
7. Met de machine werken Met de machine werken Accu plaatsen Plaats om redenen van zwaartepunt altijd de eerste accu in het accuvak met de klemgreep (buitenste accuvak). 1. Klemhaak (1) openen. Afb. 56: Accu plaatsen Klemhaak Spansleuf 2. Accu in het accuvak plaatsen. 3.
7. Met de machine werken Accu aansluiten 1. Steek de stekker van de machine in de aansluiting op de accu. 2. 2. Plaats de beschermkap in de houder op het accuvak. Afb. 57: Plaats de beschermkap in de beugel 30.76/02...
7. Met de machine werken Machine inschakelen WAARSCHUWING Gevaar voor letsel! Wanneer de machine is ingeschakeld (klaar voor gebruik), bestaat het risico dat de knop- pen "Inschroeven" of "Uitschroeven" onbe- doeld worden ingedrukt en de schroefspindel draait. Gevaar voor opwikkeling en schaaf- wonden aan de huid.
7. Met de machine werken Algemeen over schroefhandelingen 7.4.1 Toetsen ergonomisch correct bedienen De toetsen “Dichtschroeven” en “Losschroe- ven” hebben schakelende functie, er vindt geen regeling van kracht op grond van een bediendruk plaats. De bediening geschiedt door lichte druk op de toets.
7. Met de machine werken Afgebroken schroefkop verwijderen Als bij het bevestigen van een vast schroefverbinding op de bovenbouw de moer of de bout afbreekt, dan kan die in de schroefkop van de spil blijven steken. WAARSCHUWING Gevaar voor letsel! Als de bedienende persoon met een hand naar de snelle wegwerpvoering grijpt en tege- lijkertijd met de andere hand de machine aan...
7. Met de machine werken 7.5.2 Meldingen op de display controleren Na voltooien van het schroeven wordt het resultaat op de dis- play weergegeven. Er zijn drie mogelijkheden: • Schroefbewerking in orde • Schroefbewerking controleren Schroefbewerking mislukt • Elk geval kan onafhankelijk van andere gevallen bij elke schroefbewerking voorkomen;...
Pagina 64
7. Met de machine werken Schroefbewerking in orde Afb. 59: Schroefbewerking in orde De schroefbewerking is correct uitgevoerd. De leds op de PLC en op de schroefspindel lichten groen op. Een akoestisch signaal klinkt. Het nummer van de schroefverbinding wordt automa- tisch verhoogd.
Pagina 65
7. Met de machine werken Schroefbewerking controleren Afb. 60: Schroefbewerking controleren De gemeten waarde van het koppel bevindt zich buiten de tolerantiezone. Het nummer van de schroefverbinding wordt niet bijge- houden. 1. De knop “Dichtschroeven” ingedrukt houden. De schroefverbinding wordt automatisch weer losge- draaid en daarna opnieuw aangehaald.
Pagina 66
7. Met de machine werken Schroefbewerking mislukt Vanaf softwareversie 1.06 verschijnt deze melding ook, indien de toets “Dichtschroeven” wordt losgelaten, terwijl de schroefbewerking nog niet is voltooid. (Schroefbewerking onder- broken.) 1. In zo’n geval, de schroefbewerking eerst herhalen. 2. Als de schroefverbinding na een automa- tisch beëindigde schroefbewerking is ge- slaagd, dan met de volgende schroefver- binding doorgaan.
Pagina 67
7. Met de machine werken 3. Nadat de componenten van de schroefverbinding zijn her- steld, een nieuwe schroefbewerking uitvoeren en op basis van de dan daarvoor weergegeven meldingen evalueren. Herstelde schroefverbindin- gen opnieuw met optekenen vastschroeven Afb. 62: Display 1. Met de toetsen (4) en (7) het nummer van de schroefver- binding op de waarde van de schroefverbinding, die moet worden hersteld, instellen.
7. Met de machine werken Zwenken van de machine (veranderen van werkrichting) 1. Draai de hendel (4) op het mechanisme om de kantelhoek te beperken (gestippelde positie). Afb. 63: Hendel aanhalen Magneet Stelschroef Borgmoer Hendel De begrenzingsschroef klapt weg van de magneet in de horizontale stand.
7. Met de machine werken De machine uitschakelen 1. Zet de schakelaar "AAN/UIT" in de stand "0/UIT". De PLC schakelt uit. De verlichting gaat uit. 2. Maak de stekkerverbinding met de accu los. 3. Schroef de beschermkap vast. Machine van de rails halen en voor vervoer uit elkaar halen 1.
7. Met de machine werken 7.8.1 Met monorailonderstel en cantilever 1. Maak de cantilever los van het monorailonderstel bij het lossen: Trek de veerklem (4) los en trek de verlengarm uit de houder (2. Door het lage gewicht van de enkelsporige onderwagen kan deze ook op de machine blijven zitten tijdens het aan- en afrijden.
7. Met de machine werken 7.8.2 Met dwarsonderstel en parkeerrem ► Koppel de machine los van het onderstel bij het aan-/afkoppelen. 1. org ervoor dat de parkeerrem (3) aangetrokken is (dwars- onderstel wordt geremd). Afb. 66: Het dwarsonderstel van de rails nemen Borgveer Steun Remhendel parkeerrem...
7. Met de machine werken 7.8.3 Met dwarsonderstel en dodemansrem De hendel van de dodemans- rem losmaken De Bowdenkabels en de hendel van de dode- mansrem blijven gemonteerd. Het geheel (hefboom met bowdenkabels) wordt losge- haakt en blijft op het transversale tandwiel liggen.
Pagina 73
7. Met de machine werken Afb. 69: Dwarsonderstel van de rails nemen Borgveer (optioneel) Steun Voor dwarsonderstel met 1. Trek de twee veervergrendelingen (1) eruit (zie pijlen) en veersleuven draai ze 180°. De veersloten staan open en de machine kan van het onderstel worden gehaald.
8. PLC-aansturing bedienen PLC-aansturing bedienen Let bij het bedienen van de machine op de softwareversie, zie Hoofdstuk 8.9. Sommige opties zijn alleen beschikbaar vanaf een bepaalde softwareversi. PL C starten 1. Zet de "AAN/UIT" schakelaar in de stand "I/AAN". De led-verlichting gaat aan. De PLC schakelt in.
8. PLC-aansturing bedienen Menustructuur De volgende afbeelding toont de menustructuur van de aan- sturing. Afb. 71: Menustructuur De bedienende persoon heeft aanvankelijk alleen toegang tot de groen omrande menuzone; die is vereist voor het dagelijkse werken met de machine en moet verplicht worden weergege- ven.
8. PLC-aansturing bedienen Voor de menu-items "Inbedrijfstelling" en "Ka- libratie" zijn speciale usb-sticks nodig. Usb-stick voor inbedrijfstelling: autorisatie voor inbedrijfstelling en kalibratie. Kalibratie usb-stick: toestemming voor kali- bratie. Navigeren en waarden invoeren Behalve de toetsen “Enter” en “ESC” zijn er nog voer toetsen, die onder het beeldscherm zijn geplaatst.
8. PLC-aansturing bedienen Huidige positie is rood gemarkeerd. 2. Met de toetsen “+” en “-” de cijfers 0-9 kiezen (zoveel mo- gelijk, bij “Baanvaknr.:” na het verbindingsstreepje al leen 1-3 mogelijk). 3. Doorgaan totdat de waarde compleet en juist is ingevoerd. De waarden worden in de PLC opgeslagen, zodra ze zijn ingevoerd.
Pagina 78
8. PLC-aansturing bedienen Alleen aan veldzijde • Alleen aan spoorzijde • 1. Met de pijltoetsen het gewenste verbindingspatroon kie- zen. Het gekozen schroefpatroon wordt overgebracht naar het protocol. 2. Op “Enter” drukken. Afb. 73: Meanderend schroefpatroon Afb. 74: Schroefpatroon „Zigzag“ Afb.
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 76: Schroefpatroon „ Alleen aan spoorzijde “ 8.5.2 Schroefverbindingsgeval in de bovenbouw kiezen Er zijn drie verschillende schroefverbindingsgevallen beschik- baar: K- bovenbouw • KS- bovenbouw • W- bovenbouw • 1. Met de pijltoetsen het gewenste schroefverbindingsgeval kiezen.
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 78: Bericht "Markeer schroefverbinding nr. 1!“ 2. Op “Enter” drukken. Wanneer de gegevens worden opgeslagen, dan wordt de gekozen instelling in het logboek getoond. 8.5.3 Baanvak voor gegevensopslag kiezen 1. Met de pijltoetsen en de “+”- en “-”-toetsen de desbetref- fende waarden voor...
Pagina 81
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 80: Voorbeeld "Spoor rechts" geselecteerd De gegevens worden aanvaard en gebruikt voor opslag van de gegevens op de USB-stick en worden in het log- boek weergegeven. De kilometrage wordt op baanvakken door middel van borden: • Door vrijstaande aanwijzingsborden naast het spoor Op hoofdbaanvakken elke 200 meter...
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 82: Bericht "Markeer schroefverbinding nr. 1!“ 8.5.4 Spoormarkeringen aanbrengen 1. Aan het begin van een bouwplaats bij de eerste schroef- verbinding de volgende gegevens op de ziel van de spoor- staaf aanbrengen: Serienummer van de machine (hier 04) –...
8. PLC-aansturing bedienen 8.5.5 Aanhaalkoppel instellen en nummer van de schroefverbinding kiezen Op het hoofdmenu worden de volgende waarden weergegeven: Schroefverbinding veldzijde (veld) of spoorzijde (Spoor)(1) • • Vervolgverschroeving nr. (2) • Feitelijke waarde van het aanhaalkoppel van de laatste schroefverbinding (3) Afb.
Pagina 84
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 85: Voorbeeld: koppel 250 Nm Voorbeeld: Ingesteld aanhaalkoppel: 250 Nm, gewenst aanhaalkoppel 245 Nm. 1. Op de toets onder het symbool “-” drukken. De weergave van het aanhaalkoppel (groene balk) wordt met 5 Nm verlaagd. Afb. 86: Aanhaalkoppel: 250 Nm 30.76/02...
8. PLC-aansturing bedienen Nummer van de schroefver- binding wijzigen Afb. 87: Weergave in het basismenu Nummer van de schroefver- 1. Op de toets (4) drukken. binding met één verhogen: Nummer van de schroefver- 1. Op de toets (7) drukken. binding met één verlagen: Menupassage “Instellingen”...
Pagina 86
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 88: Basismenu 1. Op “ESC” drukken. Het menu “Nieuwe bouwplaats” verschijnt, maar zon- der de optie “Instellingen”. Afb. 89: Menu "Nieuwe bouwsite “ 2. Op de beide softkeys onder de buitenste toetsen (op de afbeelding met “X” gemarkeerd) drukken en tegelijkertijd loslaten.
Pagina 87
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 90: Weergave „Instellingen“ 3. Met de pijltoetsen de optie “Instellingen” kiezen. 4. Op “Enter” drukken. Het menu “Instellingen” wordt getoond. Afb. 91: Menu „Instellingen“ 5. Met behulp van de pijltoetsen naar de gewenste optie na- vigeren. De gewenste optie krijgt een groene achtergrond.
8. PLC-aansturing bedienen 8.6.1 Kalibreren De kalibratie van de machine mag alleen wor- den uitgevoerd na een passende training. Voor het kalibreren is een zogenaamde "kali- bratiestick" nodig, die voor aanvang van de werkzaamheden moet worden geplaatst Afb. 92: Optie "Kalibreren" geselecteerd 1.
Pagina 89
8. PLC-aansturing bedienen 4. Op tarra “>0<” drukken. De volgende weergave verschijnt: Afb. 94: Instructie "De schroefkop optillen “ De aanwijzingen opvolgen: 5. Waarborgen, dat de schroefkop vrij in de lucht hangt. 6. Op tarra “>0<” drukken. De melding “Resetten geslaagd” verschijnt. Afb.
Pagina 90
8. PLC-aansturing bedienen De machine slechts met ROBEL- • torsiesleutel (EDV-Nr. 900 250 1350) kali- breren! De torsiesleutel mag uitsluitend ter kali- • bratie van de accuprecisieschroefmachine 30.76 worden toegepast! Waarborgen, dat de torsiesleutel jaarlijks • wordt gekalibreerd. 7. Torsiesleutel op 250 Nm instellen.
Pagina 91
8. PLC-aansturing bedienen 9. Op “Next” drukken. Afb. 97: Kalibratiemenu 10. De stappen nog tweemaal herhalen. 30.76/02...
Pagina 92
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 98: Breng het draaimoment 3 x Na de derde keer verschijnt de optie “Save” op het scherm. 30.76/02...
Pagina 93
8. PLC-aansturing bedienen Afb. 99: Optie „Save OK“ 11. „ Op “Save” drukken. Kalibratie controleren 12. Het koppel nogmaals met de torsiesleutel aanbrengen. Afb. 100: Draaimoment naar linksom brengen Torsiesleutel Zeshoekige aandrijving Voor de huidige machine is geen speciaal ge- reedschap meer nodig.
Pagina 94
8. PLC-aansturing bedienen Kalibratie aan opbouwver- De kalibratie aan een nieuwe, gevette opbouw schroeving controleren (gead- controleren. viseerd) Bij de controle van de kalibratie op het vol- gende letten: Omgevingstemperaturen, temperaturen • van de meetinstrumenten en de te kali- breren schroefmachine hebben een aan- merkelijke invloed.
8. PLC-aansturing bedienen 8.6.2 Ingebruikname Zie de gebruiksaanwijzing voor experts van ROBEL voor ingebruikname van de machine. Software-Update De PLC kan vanaf de softwareversie V01.08 met een passend voorbereide USB-stick worden geüpdatet. Hiervoor op de vol- gende manier te werk gaan: 1.
8. PLC-aansturing bedienen 8.6.4 Instellingen In dit submenu kunnen de volgende instellingen worden gewij- zigd: • LED inschakelen / uitschakelen • Dubbelhandig / enkelhandig bedrijf kiezen Fabrieksinstellingen herstellen • Opvragen van onderhoudstussenpozen • L ED inschakelen / uitschakelen Afb. 102: Menu „Instellingen“ 1.
Pagina 97
8. PLC-aansturing bedienen Fabrieksinstellingen 1. Op de softkey onder “Fabrieksinst.” drukken. herstellen Er volgt een zekerheidsvraag, of de fabrieksinstellingen werkelijk moeten worden hersteld. Afb. 103: Fabrieksinstellingen herstellen 2. Met “Enter” bevestigen. Fabrieksinstellingen van de PLC worden hersteld. De weergave schakelt automatisch over naar het in- voervenster voor “Landinstelling kiezen”, zie hfst.
8. PLC-aansturing bedienen 8.6.5 Helderheid van de display instellen Afb. 104: Menu "Helderheid van het display" 1. De gewenste helderheid met de toetsen “Pijl links” en “Pijl rechts” instellen. 30.76/02...
8. PLC-aansturing bedienen 8.6.6 Datum en tijd instellen Afb. 105: Datum en tijd 1. Als code op de softkeys onder de toetsen “D”, “D” en “C” drukken. De datum en tijd kunnen nu worden ingevoerd. Afb. 106: Instellingen ontgrendeld 2. Met de linker toets door de waarden wisselen, totdat de gewenste waarde een rode achtergrond heeft.
8. PLC-aansturing bedienen 8.6.7 Landinstelling instellen 1. Landinstelling instellen 2. Op het menu “Instellingen” het veld “Landinstelling” kie- zen. 3. Op “Enter” drukken Het menu “Landinstelling” wordt getoond. 4. Met de pijltoetsen de gewenste landinstelling kiezen. Afb. 107: Landinstelling De mogelijke landen worden achtereenvolgens met een groene achtergrond getoond.
8. PLC-aansturing bedienen 8.6.8 Fabrikanteninformatie opvragen 1. Op het menu “Instellingen” het veld “Info” kiezen. 2. Op Enter” drukken. ROBEL-contactgegevens worden getoond. Afb. 108: ROBEL-contactgegevens 30.76/02...
9. Aanhaalkoppel evalueren Aanhaalkoppel evalueren Wanneer schroefwerkzaamheden worden verricht met de 30.76 en de machine wordt gebruikt met het opslagmedium, dan kunnen de opgetekende gegevens vervolgens op een PC met USB-interface worden opgeslagen en in tabelvorm en gra- fische vorm worden geëvalueerd. De bestanden hebben de extensie “csv”.
Als de bestanden in bv. Excel of met behulp van een tekstbewerker worden gewijzigd, dan klopt dat controlegetal niet meer. In het ROBEL- evaluatieprogramma “Gegevensbestandcontrole” kan het con- trolegetal met de feitelijke records worden vergeleken, zodat gemanipuleerde bestanden zonder twijfel kunnen worden her- kend.
Pagina 105
9. Aanhaalkoppel evalueren Afb. 111: Geen gemanipuleerde gegevens Bij gemanipuleerde gegevens komt er een rood kruis achter de bestandsnaam te staan en krijgt tevens de gemanipuleerde regel resp. krijgen tevens de gemani- puleerde regels een rode achtergrond. Afb. 112: Data manipulatie 30.76/02...
10. Transport en opslag Transport en opslag 10.1 Transport WAARSCHUWING Gevaar voor letsel! De machine is te zwaar voor een persoon. Gevaar voor letsel aan spieren, botten en ze- nuwen. Zonder uitkragende ligger kan de ma- chine kantelen. Ledematen kunnen gekneld raken ►...
Pagina 107
10. Transport en opslag Transportframe ROBEL adviseert het optioneel verkrijgbare transportframe te gebruiken voor een veilig transport. Afb. 113: Transportframe Bestelnummer transportframe EDV Nr. 773 896 0001 Massazwaartepunt WAARSCHUWING Kantelgevaar bij het hijsen aan het kraanoog! Als accu's in de machine achterblijven of de...
10. Transport en opslag 10.2 Transport op locatie 1. Rijd de machine indien mogelijk op rails op de bouwplaats. WAARSCHUWING Gevaar voor letsel! Risico op letsel aan spieren, botten en pezen. Diverse andere verwondingen zijn mogelijk als de machine niet op zijn maximale lengte wordt gebracht vóór een langere duwbewe- ging.
10. Transport en opslag 10.3 Vervoer tussen bouwplaatsen De machine naar kortste 1. Zet de vergrendelingshendels aan beide zijden 180° in de L engte brengen stand "open". 2. Trek het machinedeel met de accuhouder volledig in. 3. Draai de vergrendelingshendels 180° en laat ze vastklik- ken ("gesloten"...
Pagina 110
10. Transport en opslag Afb. 118: Houder voor hendel op dwarsonderstel Afb. 119: Het dwarsonderstel van de rails nemen Borgveer (optioneel) Remhendel voor beweging op dwarsonderstel Steun Voor dwarsonderstel met 1. Trek de twee veervergrendelingen (1) eruit (zie pijlen) en borgveren draai ze 180°.
10. Transport en opslag 10.3.2 Bij dwarsonderstel met parkeerrem ► Koppel de machine los van het onderstel bij het aan-/afkoppelen. 1. Zorg ervoor dat de parkeerrem (3) aangetrokken is (dwars- onderstel wordt geremd). Afb. 120: Het dwarsonderstel van de rails nemen Borgveer Steun Remhendel...
10. Transport en opslag Afb. 121: Opbergen van de cantilever voor transport Accu 1. Haal de accu uit het apparaat en vervoer hem apart. 2. Volg de instructies voor transport in de gebruiksaanwijzing van de accu. 10.4 Opslag Het temperatuurbereik voor de opslag van de machine be- draagt –20°C tot +50°C.
11. Onderhoud Onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor letsel! Wanneer de machine is ingeschakeld (klaar voor gebruik), bestaat het risico dat de knop- pen "Inschroeven" of "Uitschroeven" onbe- doeld worden ingedrukt en de schroefspil draait. Gevaar voor opwinding en schaafwon- den aan de huid. ►...
11. Onderhoud 4. Tijdens het verrichten van onderhoudswerkzaamheden, de voor het land specifieke veiligheids- en milieuvoorschriften naleven! 11.1 Onderhoudsschema 11.1.1 Motor De elektromotor is onderhoudsvrij. 11.1.2 Machine Onderdeel / F requentie Activiteit component Dagelijks Elektronica Controleer de kabels, controleer de stekkerverbindingen, controleer op schuurplekken, waterindringing display PLC enz.
11. Onderhoud 11.4 Dodemansremhendel instellen Afb. 123: Dodemansremhendel Borgpen Boring Positieve verbinding Borgmoer Borgmoer Stelschroef Houder 1. Stel de twee bowdenkabels aan beide zijden met behulp van de borgmoeren (4) en (5) zo af dat het dwarse onder- stel net niet geremd wordt als de hendel van de dode- mansrem wordt ingedrukt.
11. Onderhoud 11.5 Reinigen en verzorgen AANWIJZING Gevaar voor beschadiging! Als oplosmiddelen, agressieve of brandbare schoonmaak- middelen worden gebruikt tijdens het reinigen, kan dit leiden tot schade. Het gebruik van hogedrukreinigers kan ervoor zorgen dat er water in de motor (dempers, luchtfilters, carburateur) en in de verbindingen van de machine binnenkomt en schade veroor- zaakt.
12. Fouten verhelpen Fouten verhelpen Storingstabel Omschrijving fout Oorzaak Oplossing Motor start niet Gebrek aan aandrijfkracht ► Controleer de stekkerverbin- dingen Noodstopschakelaar niet inge- ► Druk de noodstopschakelaar drukt en weer ontgrendeld in en ontgrendel hem weer. ► Defect naargelang oorzaak Stroomtoevoer onderbroken: verhelpen Accu losgeraakt of defect;...
Europese richtlijn 2006/66/EG moeten defecte of lege accu's gescheiden verzameld worden en naar een milieu- bewust recyclingbedrijf gebracht worden. Informatie bij ROBEL Bahnbaumaschinen GmbH, Tel. ++49 (0)8654 609-0 De afvalverwijdering van het product (ook machineonderdelen, motorolie en brandstof) volgens de plaatselijke afvalverwijde- ring voorschriften.