Draadloze componenten
Draadloze ontvanger
De draadloze componenten vormen
een uitbreiding op het
regelarenassortiment met de
mogelijkheid van draadloze
communicatie. Daarbij kunnen de
voorziene toestellen zoals bv. een
kamertoestel QAA78 of de draadloze
buitensensor via radio gegevens
overdragen en hebben zij hiervoor
geen draadgebonden installaties meer
nodig.
6
Voorbereiding draadloze ontvanger
De draadloze ontvanger wordt op de
desbetreffende ketel gemonteerd en
ontvangt de signalen van de draadloze
buitensensor en/of het kamertoestel
QAA78.
Voor iedere ketel is slechts één
draadloze ontvanger nodig. De
standaard buitensensor, die bij de ketel
wordt meegeleverd, wordt gebruikt in
combinatie met een draadloze zender.
Montage draadloze ontvanger
De montageplaats moet zo gekozen
1
worden dat een zo ongestoord mogelijk
zenden gegarandeerd is. Daarbij
dienen onderstaande punten in acht te
worden genomen:
Niet monteren in de buurt van
elektrische leidingen, sterke
magnetische velden of apparaten
zoals PC's, TV's, magnetrons etc.
Niet in de ontvangstschaduw van
2
grotere ijzeren bouwconstructies of
bouwelementen met fijnmazige
metalen roosters zoals speciaal glas
of beton monteren.
Afstand tot de ontvanger niet meer
dan 30 m of 2 etages.
Het apparaat niet aan de binnenkant
van een metalen behuizing (bv. ketel)
monteren.
2
Montagevoorstel: Aan de zijkant op het
schakelveld van de ketel. De draadloze
1
ontvanger dient gebruiksvriendelijk en
toegankelijk te worden aangebracht,
zodat de functies van de inschakelknop
(1) en de inschakel-LED (2)
gewaarborgd zijn.
De kabel wordt geleverd met een
stekker, die wordt aangesloten op de
aansluiting X60 van de regelaar.
De LOGON B-regelaar moet zonder
spanning zijn, alvorens deze aan te
sluiten.
Draadloze ontvanger op de LOGON B
op de klem X60 aansluiten.
Radioverbinding
Het creëren van de radioverbinding
wordt hieronder beschreven in de
hoofdstukken van de desbetreffende
draadloze componenten.