Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Toepassing Met Dompelpomp; Elektrische Bedrading - Danfoss VLT AQUA Drive Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

6 Toepassingsvoorbeelden

6.1.3 Toepassing met dompelpomp

Het systeem bestaat uit een dompelpomp die bestuurd wordt door een Danfoss VLT AQUA Drive, en een drukzender. De zender geeft een terugkoppel-
signaal van 4-20 mA naar de VLT AQUA Drive, die de druk constant houdt door de snelheid van de pomp te regelen. Bij het ontwerpen van een omvormer
voor een toepassing met een dompelpomp moet rekening worden gehouden met een aantal belangrijke factoren. Daarom moet de te gebruiken omvormer
worden geselecteerd op basis van de motorstroom.
1.
De motor is een zogenaamde 'canmotor' met een roestvrijstalen blik (can) tussen de rotor en de stator. De luchtspleet is groter en magnetisme-
bestendiger dan bij een standaardmotor en heeft dus een zwakker veld. Dat is de reden waarom deze motoren ontworpen worden met een
hogere nominale stroom dan een standaardmotor met vergelijkbaar nominaal vermogen.
2.
De pomp bevat druklagers die beschadigd zullen raken wanneer de pomp werkt onder de minimumsnelheid, die meestal 30 Hz is.
3.
De motorreactantie in dompelpompmotoren is niet lineair en daarom is een automatische aanpassing van de motorgegevens (AMA) niet altijd
mogelijk. Gewoonlijk werken dompelpompen echter met zeer lange motorkabels die de niet-lineaire motorreactantie kunnen tenietdoen, zodat
de omvormer toch een AMA kan uitvoeren. Als de AMA mislukt, kunnen de motorgegevens worden ingesteld via parametergroep 1-3* (zie
motordatablad). In geval van een succesvolle AMA zal de omvormer een spanningsval in de lange motorkabels compenseren. Als de geavan-
ceerde motordata handmatig moeten ingesteld worden, moet u daarom niet vergeten om rekening te houden met de lengte van de motorkabel
6
om de systeemprestaties te optimaliseren.
4.
Het is belangrijk dat het systeem in bedrijf gehouden wordt met minimale slijtage van de pomp en de motor. Een Danfoss sinusfilter kan de
spanning op de motorisolatie verlagen en de levensduur verlengen (controleer de actuele motorisolatie en de du/dt-specificatie van de fre-
quentieomvormer). Het wordt aanbevolen om een filter te gebruiken om serviceonderhoud te beperken.
5.
Het kan lastig zijn om goede EMC-prestaties te leveren omdat de speciale pompkabel die bestand moet zijn tegen de natte omstandigheden in
de put gewoonlijk niet afgeschermd is. Het kan een oplossing zijn om een afschermkabel boven de put te gebruiken en de afscherming aan de
putbuis te bevestigen als deze van staal is (kan ook van kunststof zijn). Een sinusfilter zal ook de elektromagnetische interferentie van niet-
afgeschermde motorkabels beperken.
De speciale 'can-motor' wordt gebruikt vanwege de natte installatiecondities. De omvormer moet worden ontworpen voor het systeem op basis van de
uitgangsstroom om de motor bij nominaal vermogen te laten draaien.
Om beschadiging van de druklagers van de pomp te voorkomen, is het belangrijk om de pomp na een stop zo snel mogelijk uit te laten lopen naar de
minimumsnelheid. Bekende fabrikanten van dompelpompen raden aan om de pomp uit te laten lopen naar de minimumsnelheid (30 Hz) in maximaal 2-3
seconden. Voor deze toepassingen is de nieuwe VLT® AQUA Drive ontworpen met een initiële aanloop en uiteindelijke uitloop. De initiële aanloop en
uiteindelijke uitloop zijn afzonderlijke aan/uitlopen. Wanneer de initiële aanloop ingeschakeld is, zal de motor vanuit stilstand aanlopen tot de minimum-
snelheid en vervolgens overschakelen naar een normale aanloop. De uiteindelijke uitloop doet het tegenovergestelde: van minimumsnelheid tot stop in
een stopsituatie.
De leidingvulmodus kan worden ingeschakeld om waterslag te voorkomen. De Danfoss frequentieomvormer is in staat om verticale leidingen te vullen
met behulp van een PID-regelaar die de druk langzaam op laat lopen met een door de gebruiker gespecificeerde waarde (eenheden/s). Als deze functie
is ingeschakeld, dan zal de omvormer in de leidingvulmodus gaan na het bereiken van de minimumsnelheid vanuit stilstand. De druk zal geleidelijk oplopen
totdat deze een door de gebruiker gespecificeerd 'gevuld'-setpoint bereikt; hierna wordt de leidingvulfunctie automatisch uitgeschakeld en de zal om-
vormer verder werken op basis van een normale regeling met terugkoppeling.
Deze functie is speciaal ontworpen voor irrigatietoepassingen.

Elektrische bedrading

Typische parameterinstelling
Typische/aanbevolen instellingen tussen haakjes ().
Parameters:
Nom. motorvermogen
Nominale motorspanning
Motorstroom
Nominale motorsnelheid
Voer een beperkte automatische aanpassing van de motorgegevens
uit (AMA in par. 1-29).
NB!
Analoge ingang 2 (klem 54) moet worden ingesteld
voor mA (schakelaar 202).
50
par. 1-20/par. 1-21
par. 1-22
Par. 1-24
par. 1-28
®
MG.20.M5.10 – VLT
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
AQUA Drive
Bedieningshandleiding

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave