Systeem van de ritmeherkenning
16.1 Volwassenenmodus
Voor validatie gebruikte databases: AHA en MIT
Resultaten (gewogen gemiddelde, de in de databanken met VF aangeduide ritmes worden
beoordeeld als tot defibrilleren verplichtend):
Gevoeligheid
Specificiteit
Vals positief-verhouding
Echte voorspellingswaarde
De gebruikte databanken hebben een totale lengte van 10.004 minuten. De calculatie werd
gemaakt volgens IEC60601-2-4:2010.
Als tot defibrilleren verplichtende hartritmen worden bij de berekening van de karakteristieke
waarden de gedeelten in de ECG-records van de genoemde databanken in aanmerking
genomen, die met de PyhsioBank Annotationscode voor ventriculair fladderen / fibrilleren
("[" Beginn, "]" Ende; zie ook
Deze gedeelten bevatten ook ventriculaire tachycardieën, die echter niet afzonderlijk
geannoteerd zijn en daarom niet in de statistiek kunnen worden opgenomen.
Het ritme-herkenningssysteem vervult op basis van deze gegevens de eisen van de
IEC 60601-2-4:2010 (gevoeligheid > 90%, specificiteit > 95%).
16.2 Kindermodus
Ter validatie van de gebruikte databank: Ontwikkelings- en validatie-dataset van de
Physikalisch-Technischen Bundesanstalt (PTB) Berlijn. Deze data werden verzameld door de
PTB in het kader van het onderzoeksproject MSTQ 07/09 van het federale ministerie van
Economie en Technologie van de Bondsrepubliek Duitsland.
Prestaties:
Gevoeligheid
Specificiteit
Vals positief-verhouding
Echte voorspellingswaarde
De databank van de PTB heeft in totaal 529 records, die vrijwel gelijkmatig in een
ontwikkelings- en een validatie-dataset (265/264) zijn opgedeeld. De ontwikkelings-dataset
kan aan fabrikanten ter beschikking worden gesteld, terwijl de validatie-dataset geheim blijft
om overmatige aanpassing van het ritme-registratiesysteem aan de data te voorkomen. Deze
procedure is in overeenstemming met de aanbevelingen van IEC 60601-2-4:2010.
De niet tot defibrilleren verplichtende hartritmes bevinden zich in 509 van de 529 datasets ; tot
defibrilleren verplichtende hartritmes bevinden zich in maar 20 datasets, omdat deze bij
kinderen zeldzaam zijn. De niet tot defibrilleren verplichtende hartritmes omvatten naast
normale sinusritmes ook bundeltakblokken en supraventriculaire tachycardieën.
Het ritme-herkenningssysteem vervult op basis van deze gegevens de eisen van de
IEC 60601-2-4:2010 (gevoeligheid > 90%, specificiteit > 95%).
68 / 82
HeartSave AED/AED-M 21220 / NL / F02
99,30%
99,88%
0,04%
97,93%
www.physionet.org
) zijn gekenmerkt.
90,9%
99,6%
0,4%
90,9%
Gebruiksaanwijzing