Het invriezen en bewaren van levensmiddelen
(afhankelijk van het model)
Doe een sticker op de verpakking
met inhoud en invriesdatum.
Vóór het inruimen
Zet ca. 4 uur vóór het inruimen de
temperatuur op maximaal 4 °C en
schakel de functie Superkoelen in.
De levensmiddelen die al zijn ingevroren
krijgen zo een koudereserve.
De diepvrieszone inruimen
Leg in te vriezen levensmiddelen niet
tegen reeds ingevroren levensmidde-
len om te voorkomen dat de laatste
gaan ontdooien.
Open het vriesvak door de greep naar
boven te duwen en vervolgens de
deur van het vriesvak naar voren te
trekken.
Zorg ervoor dat het materiaal waarin
de in te vriezen levensmiddelen zijn
verpakt droog is, zodat ze niet aan el-
kaar of aan de bodem van de diep-
vriesladen vastvriezen.
Leg de in te vriezen producten over
de hele breedte op de bodem van het
vriesvak of tegen de zijwanden, zodat
ze zo snel mogelijk tot in de kern wor-
den ingevroren.
Ca. 24 uur na het inruimen
Het invriezen is voltooid.
Zet de temperatuur weer op de ge-
wenste waarde.
Wij adviseren een koeltemperatuur
van 4 °C.
36
Bewaartijd van ingevroren le-
vensmiddelen
De bewaartijd van levensmiddelen is
zelfs bij de voorgeschreven temperatuur
van -18 °C heel verschillend. Ook in in-
gevroren producten vinden sterk ver-
traagde afbraakprocessen plaats. Door
de zuurstof in de lucht kan bijv. vet ran-
zig worden. Mager vlees kan daarom
ongeveer twee keer zo lang bewaard
worden als vet vlees.
De genoemde bewaartijden zijn richt-
waarden voor de bewaartijd van ver-
schillende soorten levensmiddelen in de
diepvrieszone.
Soort levensmiddelen
Consumptie-ijs
Brood, bakwaren
Kaas
Vis, vet
Vis, mager
Worst, ham
Wild, varkensvlees
Gevogelte, rundvlees
Groente, fruit
Kruiden
Bij de in de handel verkrijgbare diep-
vriesproducten is de op de verpakking
aangegeven uiterste houdbaarheidsda-
tum beslissend.
Bewaartijd
(maanden)
2 tot 6
2 tot 6
2 tot 4
1 tot 2
1 tot 5
1 tot 3
1 tot 12
2 tot 10
6 tot 18
6 tot 10