Inhoudsopgave
Advertenties
Pos.
Beschrijving
1
Klemmen voor voedingsspanning
2
Klemmen om de pomp aan te sluiten
Klemmen voor het aansluiten van een externe
3
niveauschakelaar voor het inschakelen van de pomp.
4
Klemmen voor uitgangsignaal "algemeen alarm"
5
PCB met piëzoresistieve druksensor
6
DIP-schakelaar
7
Servicekoppelstuk (PC Tool)
8
Stuurstroomzekering, glaszekering
9
Batterij (niet-oplaadbaar)
10
Klemmen voor interne vlotterschakelaar
NO = Normaal Open
NC = Normaal Gesloten
5.4 Aansluiten van de niveausensor
De niveaumeting wordt uitgevoerd door een druksensor in de
regelaar. De druk wordt doorgegeven aan de sensor via een
transparante drukslang die is aangesloten op de drukleiding in de
tank.
De drukslang moet omhoog worden geleid naar de regelaar toe
om condensatie in de slang te vermijden.
Sluit de drukslang aan tussen de drukleiding in de tank en de
paneelaansluiting in de kast van de regelaar. De drukslang moet
tot aan de stop worden ingestoken in de kast. Duw de slang circa
15 mm naar binnen. Anders bestaat het risico van lekkage met
drukverlies, een onjuiste of onvoorspelbare niveaudetectie en
storing aan het systeem tot gevolg.
Overtollige stukken drukslang moeten worden weggesneden.
Er mogen geen knikken in de drukslang zitten.
De aansluiting moet luchtdicht zijn om betrouwbare werking te
waarborgen.
230 V, NO
Potentiaalvrije wisselcontacten NO/NC met max.
250 V / 2 A
0-5 V
1. Instroomhoogte:
ON = 250/520 mm
(Multilift MSS/Unolift)
OFF = 180 mm
2. Reset instellingen:
ON = Automatisch
OFF = Handmatig
3. Service-interval:
ON = 1 jaar
OFF = Geen
4. Kalibreer niveausensor (niet aanraken als u
niet weet hoe u de kalibratie moet uitvoeren)
ON = Veilig (normale positie)
OFF = Schakel korte tijd om naar OFF om
sensor aan te passen naar omgevingsdruk.
(Zie service-instructies)
6-polig koppelstuk
100 mA / 20 mm x ∅5
9 V
NO
Klemnummers
PE, N, L3, L2, L1
W1, V1, U1, N, PE
13, 14
31, 32, 33
81, 82
7
Advertenties
Inhoudsopgave
