3.
Verwijder de aftapplug om de olie af te voeren.
4.
Nadat er voldoende olie is afgetapt, bevestigt u de
aftapplug weer terug.
5.
Gebruik een filtermoersleutel om het oliefilter linksom te
draaien en te verwijderen.
6.
Reinig het afdichtingsoppervlak op de motor waar de
filterbevestiging is.
7.
Dicht het nieuwe oliefilter af met schone motorolie.
Installeer eerst met de hand een nieuwe filter totdat deze
contact maakt met het afdichtingsoppervlak van de motor.
Vervolgens gebruikt u een filter moersleutel om het filter
met ca. 3/4-draai te bevestigen.
8.
Vul de carterpan van de motor met hoogwaardige olie,
met classificatie "For Service CF of CF-4". Vul tot de
bovenste markering op de peilstok. Vul nieT te veel olie
bij. De oliecapaciteit van de carterpan met vervanging
van het oliefilter is 3,3 liter (3,5 qts).
9.
Laat de motor gedurende enkele minuten draaien. Kijk of
er olie lekt. Schakel de motor uit en wacht enkele minuten.
Vul olie bij tot de bovenste markering op de peilstok.
10.
Dicht het nieuwe oliefilter (afbeelding 23) af met schone
motorolie.
OLIEFILTER
Afbeelding 23.
eHtx44y5 DUBBeLe (RiDe-On) tROFFeLMaCHine • geBRUikeRsHanDLeiDing — Rev. #0 (16/01/13) — pagina 29
AFDICHTEN
Oliefilter/afdichting
Radiateur/koelsysteem
kOeLMiDDeL (antivRies/ZOMeR kOeLMiDDeL/
wateR)
YanMar adviseert om antivries/zomer koelmiddel in hun
motoren te gebruiken. Dit kan geconcentreerd (en gemengd
met 50% gedemineraliseerd water) of voorverdund worden
aangeschaft. Zie de Gebruikershandleiding voor Yanmar
motor voor nadere details.
waaRsCHUwing
Als u koelmiddel/antivries aan de radiateur
toevoegt, mag u de radiateurdop pas verwij-
deren als de eenheid volledig is afgekoeld.
De mogelijkheid op heet! koelmiddel bestaat
waardoor ernstige brandwonden kunnen
optreden.
Dagelijke toevoeging van koelmiddel wordt geregeld via de
terugwintank. Als u koelmiddel aan de radiateur toevoegt,
mag u de radiateurdop pas verwijderen als de eenheid
volledig is afgekoeld. Zie tabel 7 voor de koelmiddelcapaciteiten
van de motor, radiateur en terugwintank. Controleer of het
koelmiddelniveau in de terugwintank altijd ligt tussen de "H"-
en de "L"-markeringen.
tabel 7.
koelmiddelcapaciteit
Motor en radiateur
Reservetank
Bediening onder koude weersomstandigheden
Als u de machine gebruikt in koude weersomstandigheden,
dient u te controleren of de juiste hoeveelheid antivries (tabel
8) is toegevoegd.
Tabel 8.
Bedrijfstemperaturen antivries
Vriespunt
Vol %
Antivries
°C
50
-37
OPGELET!
Als de antivries met water wordt gemend, moet het
antivries mengsel ten minste minder dan 50% zijn.
OndeRhOUd
9,5 liter (2,5 Am. gallons)
0,5 liter (16 oz.)
Kookpunt
°F
°C
°F
-34
108
226