Een object groter/kleiner maken
U kunt de grootte van een object aanpassen door middel van verslepen of door de
navigatietoetsen te gebruiken. Bij het wijzigen van de tekstvakgrootte, wordt alleen
de tekstgrootte aangepast als u Tekst automatisch aanpassen hebt
geselecteerd. Bij het wijzigen van de grootte van een streepjescodeobject wordt
de grootte van de streepjescode niet aangepast.
Een object groter of kleiner maken
Selecteer het object.
1
Voer een van de volgende stappen uit:
2
• Versleep een van de formaatgrepen aan de
zijkanten van het object.
• Druk op
om de grootte van het object aan te passen in de richting van
de pijlen.
• Druk op
+
passen.
Als het object te klein is om de grootte aan te kunnen passen, tikt u op
eerst in te zoomen op het label.
Een object verplaatsen
U kunt een object verplaatsen door het te verslepen of door de pijltjestoetsen te
gebruiken. Wanneer u de grens van de bewerkingszone van het label hebt bereikt,
worden rode balken weergegeven.
Zie Een object positioneren op pagina 37 voor informatie over hoe u een object
evenredig aan de rand van het label plaatst.
Een object verplaatsen
Selecteer het object.
1
Voer een van de volgende stappen uit:
2
• Sleep het object naar een nieuwe
locatie.
• Druk op
om het object te verplaatsen in de richting van de pijlen.
• Druk op
+
Een object positioneren
U kunt een object evenredig aan de rand van het label plaatsen.
Een object positioneren
Houd het midden van een object ingetikt.
1
Het menu Object bewerken wordt weergegeven.
Tik op
.
2
De positieoverlay wordt weergegeven.
Tik op een positieoptie.
3
™
37
XTL
500
Gebruikershandleiding
om de grootte van het object in grotere stappen aan te
om het object in grotere stappen te verplaatsen.
Formaatgreep
om