R
ECORDS VERWIJDEREN
1.
U kunt eventueel eerst een back-up van uw database maken met de
functie Back-up database in het Systeemvenster (zie hieronder).
2.
Identificeer uw patiënt in de lijst door op de uiterst linkse rijkop te
klikken (het grijze gedeelte).
Om meer dan één patiënt te selecteren, houdt u de Ctrl-toets
ingedrukt en klikt u op de gewenste rijkop.
Om een aantal achtereenvolgende patiënten te selecteren,
houdt u de Shift-toets ingedrukt en klikt u op de laatste patiënt
binnen die groep.
3.
Selecteer de knop Record(s) verwijderen om de geselecteerde
records permanent uit uw database te verwijderen.
E
-
EN BACK
UP VAN DE DATABASE MAKEN EN HERSTELLEN
Met de back-upfunctie maakt u een kopie van uw gehele database. Om
permanent gegevensverlies te voorkomen als gevolg van een storing aan
de harde schijf, is het raadzaam om regelmatig een back-up van uw
database te maken. Het systeem maakt ook automatisch een back-up
wanneer het wordt afgesloten.
E
-
EN BACK
UP MAKEN VAN UW DATABASE
1.
Selecteer de knop Systeem om het Systeemvenster weer te geven.
2.
Selecteer de knop Back-up van database.
3.
Geef in het venster Back-upbestand opslaan als de naam en locatie
op van het .BAK-back-upbestand.
D
E DATABASE HERSTELLEN UIT EEN EERDER GEMAAKTE BACK
1.
Selecteer de knop Systeem om het Systeemvenster weer te geven.
2.
Selecteer de knop Database herstellen.
3.
Voer de locatie en de naam van het gewenste .BAK-back-upbestand in.
N.B.: door het herstellen van uw database wordt uw bestaande database
overschreven.
O
VERIGE FUNCTIES
Voor informatie over het exporteren van gegevens, afdrukken van formulieren en archiveren van records raadpleegt u de het PDF-bestand met de
Integrity™-handleiding op het bureaublad van de computer, voor meer gedetailleerde instructies.
D-11049-2-nl, Ver 5
-
UP
Databasevenster
Systeemvenster
Pagina 15 van 24