Installatie
Elektrische aansluiting
Vergelijk voordat u de koffiemachine
aansluit de aansluitgegevens (spanning
en frequentie) op het typeplaatje met de
waarden van het elektriciteitsnet.
Deze gegevens moeten absoluut over-
eenstemmen om schade aan de koffie-
machine te voorkomen. Raadpleeg bij
twijfel een elektricien.
De van toepassing zijnde aansluitgege-
vens staan op het typeplaatje dat zich
in het toestel bevindt.
De zekering moet minstens 16 A bedra-
gen.
Het stopcontact moet goed toegankelijk
zijn. Als na inbouw het stopcontact niet
meer bereikbaar is, moet het toestel via
een schakelaar met alle polen van de
netspanning kunnen worden losgekop-
peld. Werkschakelaars zijn schakelaars
met een contactopening van minstens
3 mm. Geschikte schakelaars zijn auto-
matische veiligheidsschakelaars, zeke-
ringen en relais (EN 60335).
Sluit de koffiemachine niet aan op au-
tonome wisselstroomomvormers.
Wisselrichters worden bij autonome
stroomvoorzieningen toegepast (zoals
bij zonne-energie). Bij spanningspieken
kan het toestel om veiligheidsredenen
worden uitgeschakeld. De elektronica
kan daarbij beschadigd raken!
Ook mag de koffiemachine niet met zo-
genaamde spaarstekkers worden ge-
bruikt. Dergelijke stekkers verminderen
de energietoevoer, waardoor het toestel
te warm wordt.
82