Operating UniSAB III control
Bediening UniSAB III-regeling
1.
Inleiding
1.1
Het doel van het UniSAB III-regelsysteem is het monitoren, beschermen, controleren en regelen
van zuiger- en schroefcompressoren. De regelkast en de elektrische componenten zijn af fabriek
aangesloten. Hierdoor zijn enkele aansluitingen voldoende om de elektrische installaties ter
plaatse te koppelen.
De UniSAB III is geprogrammeerd voor het type compressor dat de regeling gaat regelen. Zie
hoofdstuk 6. Instellen in de constructiehandleiding.
De UniSAB III biedt verschillende mogelijkheden om de compressorcapaciteit met drukniveaus of
temperaturen te controleren/regelen. De compressorcapaciteit kan zowel handmatig als automa-
tisch worden geregeld.
Verder is een aantal begrenzingen geïntegreerd. Bij overbelasting grijpen deze begrenzingen in
en wordt de compressorcapaciteit beperkt totdat de situatie weer normaal is. Hierdoor neemt het
aantal ongewenste bedrijfsstops af en is minder supervisie nodig.
Compressoren die zijn uitgerust met de UniSAB III-regeling kunnen via het geïntegreerde com-
municatiesysteem Multisab met elkaar worden verbonden. Op die manier kunnen compressoren
in een gemeenschappelijk koelsysteem werken om zo de werking van de gehele compressorin-
stallatie te verbeteren.
Het communicatiesysteem maakt het verder mogelijk om de UniSAB III op een PLC of pc-geba-
seerd centraal monitoring-, regel- en datalogsysteem aan te sluiten. De UniSAB III kan worden
aangesloten op en communiceren met eerdere Sabroe regeleenheden, zoals UniSAB II.
De UniSAB III wordt bediend met een frontpaneel, zie Fig. 3. Het frontpaneel is overzichtelijk met
maar enkele toetsen en een duidelijke display.
Bij een tijdelijke stroomstoring verliest de UniSAB III de vooringestelde of gewijzigde waarden
niet. Er is namelijk een batterij geïntegreerd voor de ingebouwde timer zodat datum en tijd altijd
correct zijn, ook als de stroom verbroken is geweest. De urenteller en eventuele opgeslagen
alarmwaarden behouden de juiste tijd.
1.1.1
Opstarten
Bij aflevering zijn alle elektrische componenten in de compressor aangesloten op de UniSAB III.
Ter plaatse hoeft alleen nog maar de juiste voedingsspanning te worden aangesloten vanaf de
plaatselijke installaties. De elektrische bedrading moet worden aangelegd volgens de bedra-
dingsschema's voor de UniSAB III achterin deze handleiding.
NB:
•
er mag geen externe spanning worden aangesloten op de digitale ingangen van de Uni-
SAB III.
•
de voedingsspanning moet tussen 85 V AC en 250 V AC zijn.
Voordat de spanning op de UniSAB III wordt aangesloten, moet de noodstop worden geac-
tiveerd. Als er spanning op de UniSAB III staat, verschijnt het standaardscherm (zie hieronder)
in de display waarna de UniSAB III klaar is voor gebruik.
Bedieningshandleiding - UniSAB III 1.10.8
005650 nl 2021.06
7/55