De ECU programmeren
6
De ECU programmeren
6.1
Vereist gereedschap
6.2
Installatie van de OptiTire
18
– Controleer of de nieuwste versie van de OptiTire
geïnstalleerd (vereisten: pc met Windows XP of hoger, harde schijf met
100 MB vrije ruimte).
De diagnostic interface (bijvoorbeeld 446 301 030 0) wordt separaat
geleverd.
De diagnosekabel (bijvoorbeeld 446 300 348 0) wordt separaat geleverd.
ECU
TM
– Als OptiTire
in zowel de vrachtwagen als de trailer/aanhangwagen is
TM
geïnstalleerd, moet niet worden vergeten dat beide ECU's moeten worden
geprogrammeerd.
– Zet het contact van het voertuig aan.
– Sluit de externe diagnosestekker aan op de WABCO-diagnostic interface en
gebruik daarvoor de diagnosekabel.
– Selecteer het voertuigtype en het type diagnoseaansluiting. Het is ook
mogelijk om automatisch naar alle aangesloten ECU's te zoeken (dit duurt
langer dan de handmatige procedure).
– Selecteer Systeemcheck. Klik op Start.
– Voer de voertuiggegevens in. Klik op OK en bewaar.
– Selecteer de voertuigconfiguratie en het soort sensering (WM2 voor externe
modules). Klik op Doorgaan.
– Voer de ID-codes van de wielmodules in evenals de aanbevolen
bandendruk.
– Klik op Doorgaan nadat de ID-codes van de wielmodules en de
bandendrukken zijn ingevoerd.
– Klik op Doorgaan als er geen extra verklikkerlampje moet worden
geactiveerd.
– Klik op Doorgaan als geen wijzigingen in de landspecifieke gegevens nodig
zijn (geldt niet voor USA).
– Klik op Naar ECU schrijven.
– Voer indien vereist het vermelde PIN in het veld "PIN2" en klik op OK.
– Klik nogmaals op OK.
– De ontvangst van de wielmodule verschijnt in de moduletabel.
– Klik op OK als de ontvangstkolom minimaal een balk voor elke module
aangeeft. Modulestimulatie kan de installatietijd bekorten.
Ö De toekenningstest van de moduletoewijzing wordt gestart.
– Stimuleer de wielmodules met een staafmagneet volgens de in de diagnose
voorgeschreven volgorde. De magneet moet minimaal 5 seconden boven
het OptiTire
logo van de wielmodule worden gehouden.
TM
– Klik op OK.
– Als er storingen optreden worden deze weergegeven en moeten ze worden
gerepareerd.
– Klik op OK.
– Klik op Label voor systeemcontrole om het protocol uit te printen. Berg dit
samen met de overige voertuiginformatie op.
– Klik op Systeemlabel om de systeemsticker uit te printen. Breng deze op de
juiste plek aan.
diagnostic software is
TM