5.2.4 Werkingsvermogens
Hier volgt een tabel met het verbruik van de platen die in werking zijn.
Zonenummer
1
2
Wanneer de plaat voor het eerst wordt gebruikt, wordt aangeraden om op te
warmen tot de maximum temperatuur, en dit lang genoeg zodat eventuele
oliehoudende productieresten verbrand worden die aan het voedsel een
onaangename geur zouden kunnen verlenen.
5.3
Types van pannen
Voor dit type van toestel zijn speciale pannen nodig.
De bodem van de pan moet in ijzer of staal/ijzer zijn, zodat het magnetisch veld
geproduceerd kan worden dat nodig is voor de verwarming.
De volgende recipiënten zijn niet geschikt:
•
glas;
•
keramiek:
•
terracotta;
•
staal, aluminium of koper zonder magnetische bodem;
Om te controleren of de pan geschikt is, kan u een magneet op de bodem
plaatsen: wanneer deze aangetrokken wordt, is de pan geschikt voor de
inductieplaat. Wanneer u niet over een magneet beschikt, giet u een beetje
water in de pan, plaats u ze op een kookzone, en schakelt u de plaat aan.
Wanneer op het display het symbool
is de pan niet geschikt of niet correct geplaatst.
De pannen die gebruikt worden voor de bereiding moeten een minimum
diameter hebben zodat de correcte werking gegarandeerd wordt.
Hier volgt een tabel met de minimum diameters van de pannen in functie van de
kookzones.
134
Instructies voor de gebruiker
Diameter van de
Zone
210 mm
140 mm
Geabsorbeerd vermogen
Normale werking:
Met de functie Booster:
Normale werking:
Met de functie Booster:
verschijnt in plaats van het vermogen,
1850 W
2500 W
1400 W
1800 W