- Ref.14 Bij lage basisstroom, in 4-staps-modus, zal het indrukken van de
toortstrekker een lagere startstroom geven, die in percentage regelbaar is m.b.t. de
lasstroom. Door de trekker te lossen zal de machine teruggaan naar de waarde
afgesteld met de stroomoutputknop (Ref.3).
- Ref.12 Door de stroomafnemingstijd in te stellen, vermindert de stroomoutput
geleidelijk. Zo worden typische defecten bij het lassen van uiteinden zoals
krimpuitholling vermeden. In de 2-staps positie gebeurt dit door de toortstrekker te
lossen, terwijl bij de 4-staps positie de trekker ingedrukt moet blijven.
- Ref.11 Door de gasnalooptijd in te stellen, wordt oxidatie van de elektrode na het
lassen vermeden. Het gas zou gedurende enkele seconden moeten circuleren (8/10
aanbevolen).
- Ref.6 Connector voor: afstands-, impuls- en voetbediening.
AC – Wisselstroom
- Ref.4 Positieve connector (+) voor de aardingskabel.
- Ref.5 Negatieve connector (-) voor de stroomkabel van de TIG toorts.
- Ref.8 Verbind de TIG toorts met de contactdoos.
- Ref.9 Breng de gasscheider van de TIG toorts in.
- Ref.15 Selecteer AC – wisselstroom.
- Ref.3 Stroomknop met potentiometer voor lasstroom.
- Ref.7 Selecteer 2/4-staps positie voor TIG lassen met of zonder HF.
* 2 T HF positie – 2-staps, hou de toortstrekker ingedrukt.
* 4 T HF positie – bij 4-staps is het niet nodig om de toortstrekker ingedrukt
te houden. Druk de trekker in; als de boog aanslaat, kunt u de trekker
ontspannen en toch verder lassen; om te stoppen, druk de trekker weer in en
laat weer los.
* 2-4 T zonder HF: Gebruik deze ontsteking zonder HF op plaatsen met
hoge risico's waar storingen veroorzaakt door de HF voor problemen zorgen
(nabij computers of elektronische toestellen). Identieke 2/4 T functies met
HF. Ontsteking zonder HF gebeurt door de top van de wolfraamelektrode op
het te lassen stuk te schrapen.
- Ref.14 Bij lage basisstroom, in 4-staps-modus, zal het indrukken van de
toortstrekker een lagere startstroom geven, die in percentage regelbaar is m.b.t. de
lasstroom. Door de trekker te lossen zal de machine teruggaan naar de waarde
afgesteld met de stroomoutputknop (Ref.3).
- Ref.11 Door de gasnalooptijd in te stellen, wordt oxidatie van de elektrode na het
lassen vermeden. Het gas zou gedurende enkele seconden moeten circuleren (8/10
aanbevolen).
- Ref.13 Als de balansknop in het midden staat, is de boog in balans. Door de knop in
tegenwijzerzin te draaien, zal de lasnaad dieper zijn; door de knop in wijzerzin te
draaien, zal de lasnaad gereinigd worden.
- Ref.12 Door de stroomafnemingstijd in te stellen, vermindert de stroomoutput
geleidelijk. Zo worden typische defecten bij het lassen van uiteinden zoals
krimpuitholling vermeden. In de 2-staps positie gebeurt dit door de toortstrekker te
lossen, terwijl bij de 4-staps positie de trekker ingedrukt moet blijven.
- Ref.6 Connector voor: afstands-, impuls- en voetbediening.
www.contimac.be
19