Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Geavanceerde Aanpassing Van Beeldkwaliteit - BenQ SP890 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Geavanceerde aanpassing van beeldkwaliteit

In het menu Beeld -- Geavanceerd staan meer geavanceerde functies die u naar wens kunt aanpassen.
Druk op MENU op de projector of op MENU/EXIT de afstandsbediening om de instellingen op te slaan en
het OSD-menu te sluiten.
Instellen van Zwartniveau
Selecteer Zwartniveau en druk op
afstandsbediening om 0 IRE of 7.5 IRE te selecteren.
De grijstinten van een videosignaal worden gemeten in IRE-eenheden. In
bepaalde gebieden waar de NTSC tv-standaard wordt gebruikt, worden de
grijstinten gemeten van 7.5 IRE (zwart) tot 100 IRE (wit); in andere
gebieden waar PAL-apparatuur of de Japanse NTSC-standaard wordt
gebruikt, worden grijstinten gemeten van 0 IRE (zwart) tot 100 IRE (wit).
U kunt het beste eerst controleren of uw ingangssignaal bij 0 IRE of
7.5 IRE begint en dit vervolgens te selecteren.
Beeldhelderheid beheren
Wellicht vertoont het geprojecteerde beeld strepen of ruis.
Zo verbetert u de beeldhelderheid:
1. Selecteer Helderheidsregeling en druk op ENTER op de projector of
afstandsbediening om de pagina Helderheidsregeling te openen.
2. Druk op
/
om het item dat u wilt aanpassen te selecteren en druk
op
/
om de gewenste waarde in te stellen.
Ruisonderdrukking: Vermindert elektrische ruis in het beeld die
veroorzaakt wordt door verschillende mediaspelers. Hoe hoger de
instelling, hoe minder de ruis.
Verbetering van details: Verscherpt het beeld. Hoe hoger de
waarde, hoe meer details in het beeld.
Lumatransmissie (Verbetering van luminantietransmissie):
Verbetert de beeldhelderheid. Hoe hoger de instelling, hoe
duidelijker het effect wordt.
Chromatransmissie (Verbetering van chromatransmissie):
Vermindert de kleurvermenging. Hoe hoger de instelling, hoe duidelijker het effect wordt.
Een kleurtemperatuur selecteren
Selecteer Kleurtemperatuur en selecteer een gewenste instelling door op
/
op projector of afstandsbediening te drukken.
Er zijn diverse instellingen voor kleurtemperatuur beschikbaar.
1. T1: De normale inkleuring van wit blijft behouden.
2. T2: Maakt het beeld blauwachtig wit.
3. T3: Met de oorspronkelijke kleurtemperatuur van de lamp en hogere
helderheid. Deze optie is geschikt voor omgevingen waar een uiterst
hoge helderheid is vereist, bijv. in een goed verlichte kamer.
4. T4: Maakt het beeld roodachtig wit.
5. Gebruiker 1/Gebruiker 2/Gebruiker 3: Roept de instellingen op die zijn aangepast in het menu
Kleurtemperatuur gebruiker _ afstemmen. Zie
31
voor details.
De projector gebruiken
30
/
op de projector of
*
"Een voorkeurskleurtemperatuur instellen" op pagina
Beeld -- Geavanceerd
Zwartniveau
0 IRE
Helderheidsregeling
T1
Kleurtemperatuur
Kleurtemperatuur gebruiker _ afstemmen
Gammaselectie
2
Brilliant Color
Kleurbeheer
Aan
Film Mode
3D Comb Filter
Aan
Dynamic Black
Aan
S-Video
EXIT Terug
Beeld -- Geavanceerd
Zwartniveau
0 IRE
Helderheidsregeling
ENTER
T1
Kleurtemperatuur
Kleurtemperatuur gebruiker _ afstemmen
Gammaselectie
2
Brilliant Color
Aan
Kleurbeheer
Aan
Film Mode
Aan
3D Comb Filter
Dynamic Black
Aan
S-Video
EXIT Terug
Helderheidsregeling
Ruisonderdrukking
0
Verbetering van details
+3
0
Lumatransmissie
Chromatransmissie
0
EXIT Terug
Beeld -- Geavanceerd
Zwartniveau
0 IRE
Helderheidsregeling
T1
Kleurtemperatuur
Kleurtemperatuur gebruiker _ afstemmen
Gammaselectie
2
Aan
Brilliant Color
Kleurbeheer
Aan
Film Mode
3D Comb Filter
Aan
Dynamic Black
Aan
S-Video
EXIT Terug

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave