36
nl | Configuratie
4.7
Alarm
4.7.1
Alarmverbindingen
Bij een alarm kan de eenheid automatisch een verbinding tot stand brengen met een vooraf
ingesteld IP-adres. De eenheid kan maximaal met tien IP-adressen in de opgegeven volgorde
contact maken, totdat er een verbinding tot stand is gebracht.
Verbinden bij alarm
Selecteer Aan zodat de eenheid bij een alarm automatisch verbinding maakt met een vooraf
ingesteld IP-adres.
Selecteer Volgt ingang 1 zodat de eenheid de verbinding in stand houdt zolang er een alarm
aanwezig is op alarmingang 1.
Automatisch verbinding maken
Selecteer Aan om automatisch opnieuw een verbinding tot stand te brengen met een van de
eerder opgegeven IP-adressen, bij elke herstart, verbroken verbinding of een netwerkstoring.
Nummer van doel-IP-adres
Geef de nummers van de IP-adressen op waarmee contact moet worden gemaakt in geval van
een alarm. De eenheid maakt met deze externe locaties één voor één in nummervolgorde
contact, totdat een verbinding tot stand is gebracht.
Doel-IP-adres
Voer voor elk nummer het corresponderende IP-adres voor het gewenste externe station in.
Doelwachtwoord
Als de externe bedienpost is beveiligd met een wachtwoord, voert u dit wachtwoord hier in.
U kunt hier maximaal tien wachtwoorden definiëren. Definieer een algemeen wachtwoord als
er meer dan tien verbindingen nodig zijn. De eenheid maakt verbinding met alle externe
stations die zijn beveiligd met hetzelfde algemene wachtwoord. Een algemeen wachtwoord
definiëren:
1.
2.
3.
4.
Als optie 10 het IP-adres 0.0.0.0 krijgt, fungeert deze niet langer als het tiende adres dat moet
worden geprobeerd.
Videotransmissie
Als het apparaat achter een firewall wordt gebruikt, selecteert u TCP (HTTP-poort) als
overdrachtsprotocol. Selecteer UDP voor gebruik in een lokaal netwerk.
Als u Multicast-werking wilt inschakelen, selecteert u UDP voor de parameter
Videotransmissie hier en op de pagina Netwerktoegang.
Let op:
In het geval van een alarm is soms een grotere bandbreedte op het netwerk nodig voor
aanvullende videostreams (als Multicast-werking niet mogelijk is).
Stream
Selecteer een te verzenden stream.
Externe poort
Selecteer een geschikte browserpoort, afhankelijk van de netwerkconfiguratie.
De poorten voor de HTTPS-verbindingen zijn alleen beschikbaar als de optie SSL-codering is
ingesteld op Aan.
2023-08 | V01 | DOC
Selecteer 10 in de keuzelijst Nummer van doel-IP-adres.
Voer 0.0.0.0 in het veld Doel-IP-adres in.
Voer het wachtwoord in het veld Doelwachtwoord in.
Stel het gebruikerswachtwoord in van alle externe stations die moeten worden
verbonden met dit wachtwoord.
Bedieningshandleiding
DINION inteox 7100i IR | FLEXIDOME inteox
Bosch Security Systems B.V.
7100i