8.1.2 De koelleidingen isoleren
8.2 De waterleidingen voorbereiden
8.2.1 Vereisten voor de watercircuits
ERGA04~08EAV3(A) + EHVH/X04+08S18+23EA/EJ3V+6V+9W
Daikin Altherma 3 R F
4P629086-1 – 2020.08
Buitendiameter (Ø)
6,4 mm (1/4")
Uitgegloeid (O)
15,9 mm (5/8")
Uitgegloeid (O)
(a)
Afhankelijk van de toepasselijke wetgeving en de maximale bedrijfsdruk van de unit (zie
"PS High" op het naamplaatje van de unit), zijn mogelijk dikkere leidingen vereist.
▪
Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal:
-
met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en 0,052 W/mK
(0,035 en 0,045 kcal/mh°C)
-
bestand tegen minstens 120°C
▪
Isolatiedikte
Buitendiameter van de
buizen (Ø
)
p
6,4 mm (1/4")
15,9 mm (5/8")
Ø
Ø
i
i
Ø
Ø
p
p
t
Als de temperatuur hoger is dan 30°C en de vochtigheid meer dan 80% bedraagt,
moet het isolatiemateriaal minstens 20 mm dik zijn om condensatie aan de
oppervlakte van de isolatie te voorkomen.
▪
Klep naar expansievat. De klep naar het expansievat (indien aanwezig) MOET
open zijn.
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken in de
"1 Algemene
veiligheidsmaatregelen" [
OPMERKING
Wanneer
kunststofleidingen
zuurstofdiffusiedicht zijn overeenkomstig DIN 4726. De diffusie van zuurstof naar de
leidingen kan overmatige corrosie veroorzaken.
▪
De leidingen aansluiten – Wetgeving. Maak alle leidingaansluitingen
overeenkomstig de toepasselijke wetgeving en de aanwijzingen in hoofdstuk
"Installatie" en houd hierbij rekening met de waterinlaat en -uitlaat.
▪
De leidingen aansluiten – Kracht. Oefen GEEN overdreven kracht uit wanneer u
de leidingen aansluit. Vervormde leidingen kunnen storingen in de unit
veroorzaken.
8
|
Temperingsgraad
≥0,8 mm
≥1,0 mm
Binnendiameter van de
isolatie (Ø
)
i
8~10 mm
16~20 mm
4
6].
worden
gebruikt,
Installatie van de leidingen
(a)
Dikte (t)
Isolatiedikte (t)
10 mm
13 mm
zorg
ervoor
dat
Uitgebreide handleiding voor de installateur
Ø
t
deze
75