1.
Tik op het front-panel van de printer op het pictogram Jobs (Taken)
2.
Als de buildunit niet is geplaatst, open dan de deur en plaats de buildunit door tegen de
handgrepen te duwen.
3.
Selecteer de verwerkte taak en tik op Print (Afdrukken).
4.
De printer controleert of alle subsystemen en benodigdheden klaar zijn om de build te kunnen
voltooien. Als een hiervan niet klaar is, wordt er een melding met advies weergegeven: er verschijnt
een melding in de taakdetails met een toegankelijk overzicht van eventuele problemen. Corrigeer
indien nodig het probleem (of de problemen) en verzend de taak opnieuw om deze af te drukken.
5.
De printer begint met het afdrukproces. Wacht totdat de printer de melding geeft dat het proces is
voltooid en verwijder daarna de buildunit.
Taak toevoegen tijdens het afdrukken
Als er voldoende beschikbare ruimte in de buildunit en voldoende materiaal is, kunt u een af te drukken
taak toevoegen terwijl de vorige taak nog wordt afgedrukt.
Hiervoor selecteert u de taak die moet worden afgedrukt en tikt u op Add (Toevoegen). De printer
controleert of de taak kan worden toegevoegd en voegt deze indien mogelijk toe.
Op de pagina Jobs (Taken), geeft de lijn FINISH (VOLTOOIEN) de totale tijd weer die nodig is om de huidige
afdruktaak te voltooien, evenals de volgende taken in de wachtrij. Deze wordt bijgewerkt wanneer er een
taak wordt toegevoegd of verwijderd.
70
Hoofdstuk 8 Afdrukken
op het beginscherm.