Overzicht van het bedieningspaneel
1
Darkness
2
a
ID Copy
b
Scan to
3
Weergavescherm
4
a
Kopiëren
5
a
Faxen
6
Arrows
7
OK
8
Numeriek toetsenblok
9
Address Book
10
a
Redial/Pause
11
Stop/Clear
12 Power/
WakeUp
Hiermee past u de helderheid aan om een kopie te verkrijgen die beter leesbaar is als het origineel onduidelijke markeringen
en donkere afbeeldingen bevat.
Hiermee kunt u beide zijden van een identiteitskaart of een rijbewijs op één zijde van een vel papier kopiëren (zie
"Identiteitskaarten kopiëren" op pagina 83).
Verzendt gescande data.
Toont de huidige status en geeft meldingen weer tijdens het gebruik.
Hiermee schakelt u over naar de kopieermodus.
Hiermee schakelt u over naar de faxmodus.
Hiermee bladert u door de beschikbare opties in het geselecteerde menu en verhoogt of verlaagt u waarden.
Hiermee bevestigt u de selectie op het scherm.
Hiermee kiest u een nummer of voert u alfanumerieke tekens in (zie "Letters en cijfers op het toetsenblok" op pagina 314).
Hiermee kunt u vaak gekozen faxnummers opslaan of opgeslagen faxnummers zoeken (zie "E-mailadressen opslaan" op
pagina 312 of "Het faxadresboek instellen" op pagina 315).
Hiermee kiest u het laatst verzonden faxnummer of ontvangen nummergave opnieuw, of voegt u een pauze (-) in een
faxnummer in, in de bewerkingsmodus (zie"Faxnummer opnieuw kiezen" op pagina 348).
Stopt de huidige bewerking.
Het apparaat in- of uitschakelen of het apparaat activeren vanuit de energiebesparingsmodus. Druk langer dan drie seconden
op deze knop om het apparaat uit te schakelen.
30
1. Inleiding