UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
VOORZICHTIG
●
Wanneer u de spoel niet goed opwindt,
kan de draadspanning te laag worden en
kan de naald breken.
1
1 Gelijkmatig gewonden
2 Slecht gewonden
De onderdraad inrijgen
Installeer de spoel waarop de draad is gewonden.
• Voor meer bijzonderheden over het gebruik
van de snel instelbare spoel, zie pagina 14.
VOORZICHTIG
●
Zet de hoofdschakelaar uit wanneer u de
machine inrijgt. Wanneer u per ongeluk
op het voetpedaal trapt en de machine
begint te naaien, kunt u letsel oplopen.
Bereid de spoel goed voor, voordat u de
1
onderdraad gaat inrijgen.
• Zie pagina 11 voor meer bijzonderheden
over het opwinden van de spoel.
Zet de naald omhoog door het handwiel
2
naar u toe te draaien (tegen de klok in) en
de persvoethendel omhoog te zetten.
Verwijder het spoelhuisdeksel door dit te
3
schuiven en naar u toe te tillen.
1 Spoelhuisdeksel
13
4
2
●
5
1
Breng de spoel zo in, dat de draad eruit
komt in de richting die wordt aangegeven
door de pijl.
VOORZICHTIG
Plaats de spoel zo, dat de draad in de
juiste richting afwindt. Als de draad in de
verkeerde richting afwindt, kan dit de
draadspanning verstoren of kan de naald
breken.
Houd het uiteinde van de draad vast, duw
de spoel omlaag met uw vinger en leid de
draad door de gleuf, zoals aangegeven.
• Als de draad niet juist door de spanningsveer
van het spoelhuis is geleid, is de
draadspanning mogelijk niet goed.
1
1 Spanningsveer