y
Films opnemen en afspelen
Films opnemen
Films kunnen in de stand voor livebeeld worden opgenomen.
1
Draai aan de livebeeldschakelaar.
De spiegel wordt opgeklapt en het beeld dat zichtbaar is door
het objectief, wordt weergegeven op de monitor in plaats
van de zoeker.
D
Het 0-pictogram
Een 0-pictogram (0 49) geeft aan dat er geen films kunnen
worden opgenomen.
A
Voordat u gaat opnemen
Stel in de stand A of M het diafragma in, voordat u gaat opnemen.
2
Stel scherp.
Kadreer de beginopname en stel scherp zoals beschreven in
stap 2 en 3 van "Foto's in de monitor kadreren" (0 45; zie ook
"Scherpstellen in livebeeld" op pagina 0 46–48). Merk op dat
het aantal te detecteren onderwerpen in gezichtprioriteit-AF
afneemt tijdens filmopname.
3
Start de opname.
Druk op de filmopnameknop om het opnemen te starten.
Een opnameaanduiding en de beschikbare tijd worden in de
monitor weergegeven. Met uitzondering van de standen i
en j, kan de belichting worden vergrendeld door op de
A (L)-knop te drukken of (in de standen P, S, A en %)
worden aangepast met maximaal ±3 LW in stappen van
1
LW door de E (N)-knop in te drukken en aan de instelschijf
/
3
te draaien (merk op dat afhankelijk van de helderheid van het
onderwerp, wijzigingen aan de belichting mogelijk geen
zichtbaar effect hebben).
Livebeeldschakelaar
Filmopnameknop
Opnameaanduiding
Resterende tijd
y
53